Zodra een trekker op de openbare weg komt, moet deze verzekerd zijn. Voor een oldtimer trekker zijn aparte polissen af te sluiten. De kleine lettertjes bepalen wat dan wel of niet mag om goed verzekerd te zijn.
Net als ieder ander motorvoertuig moet ook een oldtimer trekker verzekerd zijn zodra deze op de openbare weg komt. Sinds 2021 is er voor trekkers die op straat komen een registratieplicht bij RDW, in de volksmond bekend als de verplichte kentekenplaat. De trekkers met kenteken zijn automatisch bij de RDW bekend en zijn ook automatisch verzekeringsplichtig.
Lees ook: Zo krijgt een nieuwe machine RDW-goedkeuring
Anders dan voorheen worden ook de trekkers die niet bedrijfsmatig worden gebruikt, sinds 2021 individueel op kenteken verzekerd. Voorheen waren er mogelijkheden om de hele verzameling ongespecificeerd voor een vast bedrag op één polis te verzekeren.
Op de kentekenplicht is trouwens één uitzondering: deze verplichting geldt niet voor trekkers die smaller zijn dan 1,30 meter óf die niet sneller kunnen rijden dan 6 kilometer per uur wanneer zij rijden zonder aanhanger. Fruittreintjes smaller dan 1,30 meter zijn daarop weer een uitzondering.
Je kunt een trekker die niet bedrijfsmatig wordt gebruikt bij tal van verzekeraars als gewone landbouwtrekker onderbrengen. Maar vaak gaat het om meerdere trekkers die slechts incidenteel op de weg komen, waardoor een ‘gewone’ verzekering al snel relatief duur uitpakt.
Enkele verzekeraars bieden daarom voor trekkers een specifieke oldtimerverzekering aan. De meesten hanteren voor de definitie van oldtimers een leeftijdsgrens van 20 jaar en ouder, maar ook 30 jaar of ouder wordt wel als grens gehanteerd.
Net als bij iedere verzekering is er verschil in tarieven. En nog belangrijker, ook verschil in de kleine lettertjes. Let dus op waar je wel en niet voor verzekerd bent als er ongelukken gebeuren.
Lees verder onder de foto’s
De specifieke oldtimerverzekeringen zijn gericht op het rijden naar en deelnemen aan evenementen. Daarom kent zo’n verzekering ook beperkingen en uitzonderingen. – Foto: Peter Roek
Op één punt zijn de verzekeringen allemaal gelijk: zodra je een trekker bedrijfsmatig gebruikt, is een oldtimerverzekering niet van toepassing. Enkele verzekeraars maken onderscheid tussen een oldtimerverzekering of een hobbytrekkerverzekering.
Een typische oldtimerverzekering is bedoeld voor het rijden zonder aanhanger op de weg en het deelnemen aan evenementen of toertochten. De (privé-)paardenbak slepen of een baal hooi voor de konijnen of openhaardhout ophalen met een aanhanger, kan met de hobbytrekkerverzekering. Maar een middag met de kipper in de mais of de bietenoogst bij de buurman meerijden, is bedrijfsmatig gebruik. Dat valt niet onder een hobbyverzekering.
Let wel, niet iedere verzekering maakt dat onderscheid op deze manier. Vergewis je er daarom bij het afsluiten van de verzekering van welke activiteiten wel en welke niet worden gedekt.
Voor een oldtimer trekker kan gelden, net als voor een bedrijfsmatig verzekerde trekker, dat deelname aan tractorpulling is uitgesloten van verzekering. De beruchte kleine lettertjes scharen dat mogelijk onder oneigenlijk gebruik.
Hetzelfde kan gelden voor het meerijden in een carnavalsoptocht of voor het trekken van wagens met publiek. Daarvoor kun je apart een verzekering afsluiten. Bij sommige oldtimerverzekeringen is dat als aanvulling in de polis op te nemen.
Bij de oldtimerverzekering gaat het in principe om een WA-verzekering. Echter, behalve een basispakket zijn er ook uitbreidingen mogelijk. Bijvoorbeeld om het verzekerde bedrag voor opzittenden te verhogen, of om de trekker te verzekeren voor brand of diefstal. Daarvoor heeft iedere verzekering zijn eigen bepalingen en tarieven. Boven een door de verzekeraar bepaalde waarde van de trekker, moet je deze door een door de verzekeraar geaccepteerde partij laten taxeren.
Als je ervoor kiest om je oldtimer trekker niet te verzekeren, ontvang je – vergelijkbaar met auto’s – een waarschuwingsbrief van RDW. Deze brief wordt vier weken na de registratie van het voertuig verstuurd. Het is belangrijk te beseffen dat ook als je d e trekker niet vaak op de openbare weg gebruikt, je toch verzekeringsplichtig bent na registratie.
Sinds 2023 wordt actief gecontroleerd op de verzekering van landbouwvoertuigen. Eigenaren kunnen nu ook boetes ontvangen als hun voertuig niet verzekerd is. Het voertuig verzekeren via een algemene bedrijfspolis is niet genoeg. De boete bedraagt rond € 400. Overigens is het – net als met een auto – mogelijk om een trekker die langere tijd niet op de weg komt, te schorsen. Schorsen kan voor 1, 2 of 3 jaar via de website van RDW. Verlengen van de schorsing kan ook.
Auteur: Martin Smits
Lees ook: Top 10 meest gestelde vragen over het trekkerkenteken
Gerelateerde tags: oldtimers, Trekkeraanschaf, Verzekeren
