Zuid West Banden in Klaaswaal (Z.-H.) is een jonge en snel groeiende bandenhandelaar en -importeur in de agrarische sector. Aan het roer staan Jaap Vollaard en Marius Dorst. Hoe kijken zij tegen de huidige bandentrends aan? Wat zijn de meest gemaakte fouten bij landbouwbanden? Lees hun tips & tricks.
Met drie vestigingen in Zuid-Holland en Zeeland is de firma Zuid West Banden een speler van formaat in de landbouw en industrie. De directeuren van Zuid West Banden, Jaap Vollaard en Marius Dorst, zijn ambitieus en willen groeien. Marius is daarover helder: “We sluiten niks uit. Maar ja, we heten niet voor niks Zuid West Banden, dus daar zitten we voorlopig en daar blijven we ook bij. Wij willen echt wel groeien, maar helemaal op ons eigen tempo. Ons grootste doel is en blijft om een gezond en levensvatbaar bedrijf te runnen. Excessief groeien past daar zeker niet in.”
De redactie van TREKKER vroeg Jaap Vollaard en Marius Dorst van Zuid West Banden naar twee zaken: wat zijn volgens hen de grootste trends én wat zijn de meeste gemaakte fouten als het gaat om de aanschaf en toepassing van landbouwbanden?
Jaap: “Voor mij is het heel helder: alle trekkers komen op VF-banden te staan. Op de langere termijn zullen alle trekkers een drukwisselsysteem aan boord hebben. Wat betreft de VF-banden, daarin is nog wel een weg te gaan. Op dit moment is een derde van onze verkochte trekkerbanden al van het type VF. Dat zie ik met enkele jaren wel toenemen naar 100% voor de grotere trekkers. Ik denk dat de gewone radiale band in Nederland weinig meer verkocht gaat worden in dit segment. Daar tegenover zie ik dat pas 5% van de aanhangerbanden van het type VF is. Daar is deze trend net pas begonnen.”
Marius: “De trend naar de alsmaar bredere band is voorbij. De moderne VF-banden platten veel meer in de lengte af dan in de breedte. Zo win je relatief meer aan contactoppervlak met de bodem dan met een alsmaar bredere band. We zien dat nu vooral in de uienteelt. Waar eerst werd gezaaid met heel brede banden, kiezen de akkerbouwers voor smalle cultuurwielen. Al dan niet gecombineerd met een drukwissel.”
Marius: “De trekker op rupsen of smalle rupsen heeft echt zijn tijd gehad in Nederland. Het was een tijdje terug populair. Maar de betere VF-banden, gecombineerd met de bandendrukwisselsystemen, doen meer. Ze rijden verder, brengen minder schade toe aan de bodem, maar vooral: alles tegen veel lagere kosten. Waar de meeste rupsgebruikers van terugkomen zijn de hoge reparatie- en onderhoudskosten aan de rupstrekkers. Nog even los van het hogere brandstofverbruik.”
Marius: “We krijgen meer blokachtige profielen onder trekkers in plaats van de traditionele schuine kammen. Waarom? Zulke banden zijn vriendelijker voor de grasmat en comfortabeler bij transportwerk. Meest bekend is de Michelin EvoBib die met zijn blokachtige profiel en extreme vormverandering hét compromis moet zijn voor op de weg. Bijna alle andere bandenfabrikanten zie je meer en meer van dit soort banden afleveren, zoals Nokian, BKT, Mitas en Alliance.”
Jaap: “Voor de iets langere termijn, maar je ziet het nu al links en rechts ontstaan: we gaan naar kleinere voertuigen, meestal autonome. Ik weet niet hoe lang dit proces gaat duren, maar we zitten nu in het voorstadium van de ontwikkeling van kleinere, vooral autonome voertuigen. Ik denk dat als we tien jaar verder zijn, op bijna ieder agrarisch bedrijf zo’n voertuig te vinden is.”
Lees verder onder de video
Marius: “Meten is weten! Weet hoeveel gewicht er op de as rust en stem daar de bandenspanning op af. Het is verbluffend te merken hoe weinig mensen weten met hoeveel kilo’s ze te maken hebben.”
Marius: “Leg geen brede oogstmachineband onder een trekker in de hoop dat je zo bodemvriendelijker bezig bent. Vaak brengt het meer nadelen met zich mee dan voordelen. De oogstmachineband is doorgaans qua stijfheid overbemeten. Daardoor gaat de band eerder op de buitenkanten lopen bij een trekker, omdat je dan volgens het boekje op een hele lage spanning mag rijden.”
Jaap: “Vasthouden aan dure A-merk banden omdat die een sterk imago hebben. De markt is inmiddels zo divers, het aanbod zo groot en de kwaliteitsverbetering bij B-merken zo indrukwekkend, dat je voor sommige toepassingen beter naar een BKT of een Alliance kan uitwijken. We zien ook een flinke verschuiving in de vervangingsmarkt. Neemt niet weg dat er toepassingen blijven waarin het duurdere A-merk de beste keuze is.”
Marius: “We zien nog te veel dat de bandencombinatie van voor- en achterwielen niet klopt. Te vaak wordt vastgehouden aan een voorloop van 3 tot soms wel 4%, terwijl vandaag de dag 0 tot 1% wenselijker is. Zeker bij de bredere banden. Dat laatste zorgt voor minder wrijving in de aandrijflijn, minder bandslijtage en je bespaart brandstof.”
Jaap: “De 1 bar-regel bij VF-banden is niet meer. Twintig jaar terug was dat het vertrekpunt van de eerste VF-band, de Michelin Xeobib. Die kon altijd op 1 bar blijven, los van het werk, de rijsnelheid en de gewichtsbelasting. Dat gaat niet meer op. Beter is de bandenspanning af te stemmen op het gewicht. Zo kun je soms wel terug naar 0,6 bar, zeker in combinatie met een bandendrukwisselsysteem. Je bereikt dan meer en het effect op de bodem, de trekker en de portemonnee is groter.”
Auteur: Bas van Hattum
Gerelateerde tags: Banden, Bodemverdichting, Thema Banden en bodem
