Test een robot op je eigen bedrijf
De robotisering van de Nederlandse vollegrondsteelten krijgt een push. Nationale Proeftuin Precisielandbouw (NPPL) zoekt voor teeltseizoen 2025 boeren en tuinders die veldrobots en nieuwe precisietechnieken willen testen op hun bedrijf. Zeven machines zijn een heel of een deel van een teeltseizoen beschikbaar. Zijn de veldrobots en robottechnieken praktijkrijp?
De vraag is: waar staan we nu met robotisering op productielocaties, dus bij de boer? Daarnaast wil het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) weten waar nog investeringen nodig zijn. Veldrobots, zo is de redenering, kunnen het antwoord zijn op vier serieuze vraagstukken waarmee ondernemers in open teelten kampen:
- bodemverdichting
- krapte aan arbeid
- wegvallen van chemische mogelijkheden tegen onkruid
- perfectionering van teeltmaatregelen
Veldrobot in je bedrijfsvoering integreren
Het aanbod van slimme, autonoom werkende landbouwmachines groeit. Toch gaat de implementatie ervan in de praktijk niet snel. Als al die nieuwe technologie praktijkrijp is, waarom doen niet veel meer boeren en tuinders er dan wat mee? Het lijkt ‘m vooral te zitten in onbekendheid met de nieuwe techniek en huiver om daarin te investeren. Doet die machine wel wat-ie belooft? Is investeren in zoiets prils nu verstandig? Hoe is de veldrobot soepel te integreren in de bedrijfsvoering?
Lees verder onder de video
De praktijktesten in 2025 zijn bedoeld om veldrobots en robottechniek een flinke zet te geven. Het zijn de individuele telers die testen, en ze worden geholpen bij de implementatie van de robot op hun bedrijf. Van de testbedrijven moet een olievlekwerking uitgaan naar collega’s.
Boeren/telers, experts en leveranciers testen veldrobots
Een jaar of acht geleden speelde hetzelfde bij precisielandbouw: onbekend en dus onbemind. Op de praktijkrijpheid van precisietechnieken viel destijds ook wel het een en ander af te dingen. Waar leveranciers plug and play beloofden, constateerden vroege gebruikers regelmatig plug and pray. Vaak kregen de telers de apparatuur alleen met experthulp goed en tijdig aan de praat.
“Nu zitten we met robots en robottechniek in min of meer dezelfde situatie”, vertelt Paul van Zoggel, onderzoeker van Wageningen UR (WUR) en programmamanager NPPL. “Op verschillende fronten is in open teelten stimulering van robots nodig, dus ook een praktijktoets. De leverancier zegt misschien: het apparaat is klaar. Wij van NPPL zeggen: is dat wel zo? Op basis van het succes van NPPL van de afgelopen jaren gaan we meer met de wereld buiten WUR samenwerken. Dit is een initiatief om samen met telers, experts, leveranciers en WUR-onderzoekers te demonstreren en te toetsen.”
Goed kijken naar rendement
Wat bij precisietechnieken als grote belemmering gold, was de asymmetrie in kosten en baten. De kosten komen voor rekening van de boer. De baten zijn onzeker, of komen terecht bij leveranciers en adviseurs. Van Zoggel: “Dus gaan we bij de robottoepassingen goed kijken naar rendement en terugverdientijd.”
Daarnaast bekijkt Wageningen UR zaken als gebruiksgemak: wat kan de robot precies? Ook de impact van de techniek op de verschillende beleidsdoelen (minder chemie, biodiversiteit) wordt onder de loep genomen. Bovendien speelt de eventuele overlast van een machine een rol, zoals lichtflitsjes bij ’s nachts doorwerken.
Auteur: Leo Tholhuijsen
Lees ook: Wordt trekkerchauffeur steeds meer trekkermanager?
Gerelateerde tags: Autonoom, Precisielandbouw, Veldrobots