Foutje in EU-wetgeving; de landbouwdolly is ‘vergeten’
Sinds de invoering van de nieuwe voertuigeisen enkele jaren geleden, ontbreekt de mogelijkheid om landbouwmaterieel met schoteldruk toe te laten. De EU-wetgeving kent de categorie landbouwdolly niet. Een groot probleem, dat achter de schermen een machtsstrijd tussen fabrikanten en keuringsdiensten ontketent.
Door een hiaat in de Europese wetgeving is het onmogelijk om in Nederland en België een nieuwe aanhanger of machine met schoteldruk op kenteken te zetten. Concreet gaat het in eerste instantie om landbouwdolly’s. De Belgische fabrikant Dezeure trok daarom al de stekker uit de productie van dolly’s.
Hetzelfde probleem speelt ook bij landbouwtrucks. Deze zijn niet met een koppelschotel op landbouwkenteken te krijgen, alléén met een trekhaak achterop.
Als derde en laatste categorie zijn autonome aanhangers, beter bekend als schamelaanhangers, niet op kenteken te zetten wanneer deze oplegdruk via de dissel hebben. Dat gaat vaak om drieassige getrokken mesttransporttanks, kippers of afschuifwagens waarbij de draaikrans tussen molen en chassis net iets vóór de vooras is gepositioneerd, om zo oplegdruk op de trekhaak te creëren. Met name deze laatste categorie vormt een probleem waar zélfs veel importeurs geen weet van hebben. Totdat zij machines terug moeten nemen, omdat een kenteken onmogelijk te krijgen is; een situatie die inmiddels meermaals is voorgevallen.
Geen zicht op oplossing uit EU
Het is niet zo dat deze machines onveilig zijn, of niet aan de eisen voldoen. Sterker nog, in Duitsland zet de TÜV alle genoemde machines probleemloos op landbouwkenteken, omdat de oosterburen direct in 2018 al het probleem zagen en dit via eigen wetgeving hebben opgelost. Nederland niet. Dat blijft vasthouden aan EU-eisen. Die zijn er in dit geval niet. Dus is keuring volgens keuringsinstantie RDW niet mogelijk, zo legt de instantie uit. “Dolly’s zijn niet opgenomen in de EU-regelgeving voor landbouw- en bosbouwvoertuigen. Er staat geen definitie van een dolly in deze regelgeving. Aanvullend, ook opleggers zijn uitgesloten van de EU-regelgeving voor landbouw- en bosbouwvoertuigen.”
Een oplossing voor het probleem is niet binnen handbereik. “Wij kennen geen initiatieven om dollyvoertuigen binnen de EU-regelgeving op te nemen. Omdat regelgeving ontbreekt, zijn er geen specifieke eisen voor landbouwdollyvoertuigen. Snelverkeer valt onder een andere kaderverordening, deze staat los van de kaderverordening voor landbouw- en bosbouwvoertuigen.” Daarom zie je wel op de snelweg dolly’s achter een vrachtwagen hangen met snelheden van 80 kilometer per uur, maar mogen ze niet op landbouwkenteken achter een landbouwtrekker.
Productie landbouwdolly stopgezet
Het foutje in de wetgeving is een serieus probleem voor fabrikanten. De Belgische machinefabrikant Dezeure trok daarom zelfs de stekker uit de productie van landbouwdolly. “Op dit moment is men bij keuringsinstanties bezig om nieuwe wetgeving rond te krijgen. In een x-aantal jaar is het dan wellicht wel weer mogelijk om dolly’s goedgekeurd te krijgen”, legt de fabrikant uit. Tot die tijd zijn de (met name Belgische) klanten overgeleverd aan de gebruiktmarkt.
Machinefabrikant Dezeure meldt dat er geen nieuwe landbouwdolly’s in België op de markt komen. “Dus gaan klanten halsoverkop op zoek naar gebruikte dolly’s die reeds eerder zijn ingeschreven als traag verkeer. Die zijn hier intussen heel begeerd. Als die op de markt komen en ze zijn reeds ingeschreven in België, dan springt iedereen daar direct bovenop.” In plaats van met een veilige nieuwe dolly, rijden klanten dus noodgedwongen met een ouder exemplaar rond.
In Duitsland is landbouwdolly geen enkel probleem
Omdat er géén EU-wetgeving is, mogen landen zelf eisen opstellen. Duitsland heeft dat vrijwel direct gedaan. Het toelaten van een landbouwdolly, agrotruck of schamelaanhanger met oplegdruk is daar geen enkel probleem via een individuele keuring; het is een formaliteit. Aanhangerfabrikant Kröger Fahrzeugbau bevestigt dat beeld. “Wij bouwen ongeveer vijftig landbouwdolly’s per jaar en die gaan als zoete broodjes naar Duitsland en Oost-Europa. Toelating is daar geen enkel probleem.”
In Nederland is het onmogelijk. Daardoor ziet de fabrikant óók dat daar slim op wordt ingespeeld. “Wie online zoekt naar een dolly, ziet dat nieuw ogende landbouwdolly’s worden aangeboden. Vaak is dat zelfbouw van handelaren. Als je het kenteken natrekt, zie je dat het bouwjaar ineens in de jaren tachtig ligt. Er is gewoon een eerder chassisnummer met een bestaand kenteken overgezet. De mensen die ermee knoeien komen ermee weg. Wij bouwen volgens alle denkbare eisen, remberekeningen, constructieberekeningen en CE-markering en kunnen de dolly niet op kenteken krijgen. Dat is de wereld op z’n kop, het heeft niets met veiligheid te maken.”
Stugge houding RDW
Hoe kan het dat een landbouwdolly wel probleemloos op Duits kenteken komt bij de de Duitse keuringsinstantie TÜV, maar niet bij RDW? Het antwoord van de RDW is formeel: “De EU-kaderverordening voor landbouw- en bosbouwvoertuigen VO 167/2013 stelt de individuele goedkeuring buiten het toepassingsgebied. Het is dus toegestaan om als lidstaat nationaal voor individuele landbouw- en bosbouwvoertuigen eigen eisen te hanteren.”
De formulering van het antwoord schetst een beetje het probleem, volgens betrokkenen. De RDW is volgens hen stug en halsstarrig, bijna activistisch. Ze zouden landbouwtransport simpelweg weigeren om zo de transportsector te beschermen, zegt een ander. Ze willen niet, terwijl de TÜV dezelfde machines wél goedkeurt, zo is de teneur.
Machtsstrijd gaande
Omdat wetgeving ontbreekt, kunnen fabrikanten voor een dolly of schamelaanhanger met oplegdruk géén Europese typegoedkeuring, oftewel conformiteitsbewijs (COC), aanvragen. Het COC-document wordt ook wel het Certificaat van Overeenstemming (CvO) of het gelijkvormigheidsattest genoemd. Het bevestigt dat een voertuig voldoet aan de EU-wet- en regelgeving met betrekking tot veiligheid en milieu.
Met zo’n COC telt de mening van een landelijke keuringsinstantie niet meer. Deze producten moeten dan ongezien op kenteken komen.
Onlangs was er een verrassende wending: één fabrikant heeft het klaargespeeld om via een buitenlandse instantie wél een COC te krijgen voor een getrokken tank mét oplegdruk. Goed nieuws zou je zeggen! Dus bellen we ze op. We treffen echter geen juichstemming aan de andere kant van de lijn. De fabrikant wil er niets over kwijt en al helemáál niet bij naam worden genoemd. Opmerkelijk, maar niet helemaal verrassend.
Uit informatie van derden kunnen we concluderen dat achter de schermen een heuse machtsstrijd gaande is tussen enerzijds de keuringsinstanties (oftewel landen) die zulke COC’s afgeven, en anderzijds RDW. Het is een beetje speculeren, maar verschillende bronnen vertellen dat het zéér de vraag is of RDW akkoord gaat met zo’n COC. Een situatie die ongekend zou zijn.
Het RDW zou volgens ingewijden in Europees overleg de afgifte van COC’s voor dit type machines al ter sprake hebben gebracht en een halt willen toeroepen. De getrokken aanhangers mét oplegdruk voldoen volgens RDW op deze manier niet aan de Europese richtlijnen.
Juridische scherpslijperij kent alleen verliezers
De treurige conclusie is dat de praktijk inmiddels allang uit het oog is geraakt, want een schamelaanhanger mét oplegdruk heeft een veiliger weggedrag dan eentje zónder. Bovendien is het aannemelijk dat gebruikers een technische sprong vooruit maken als ze kiezen voor een nieuwe tank, kipper of dolly met de juiste remvertraging en gebouwd volgens strikte eisen.
Waarom nemen we de individuele eisen niet over van Duitsland, waar de TÜV intussen al vijf jaar praktijkervaring heeft? De huidige juridische scherpslijperij lijkt enkel verliezers en frustraties op te leveren.
Auteur: Matthijs Verhagen
Lees ook: Hoe zit het ook alweer met de kentekenplicht?
Gerelateerde tags: Kentekenplicht, Kentekenregistratie, Transportwagens