fbpx
Terug naar nieuwsoverzicht

Machines leasen? Financial lease is ongekend populair

Grofweg 80% van de duurdere machines wordt geleased. TREKKER duikt in de wereld van leasevormen en leasetarieven van trekkers. - Foto: Michel Velderman

Wie gaat voor een nieuwe trekker of machine, dient al snel een verzoek in bij een leasemaatschappij om deze te financieren. Vandaag de dag wordt grofweg 80% van het duurdere materieel geleased. Financial lease is veruit het populairst. Alternatieve huur- of leaseconstructies komen nauwelijks van de grond.

Als je een trekker of machine koopt, heb je een keuze: zelf direct afrekenen, bij je eigen bank lenen, financial lease (wat gewoon een lening is), operational lease en full operational lease. In de laatste twee gevallen wordt je zelf geen eigenaar van het materieel, maar betaal je maandelijks een vast bedrag voor het gebruik van de trekker.

Het verschil tussen operational lease en full operational lease is dat je bij full operational lease ook zaken afdekt voor onderhoud, reparatie en verzekering. Slijtdelen zijn uitgesloten bij beide vormen van operational lease. Banden dus ook.

Huren kan ook

Je kunt daarnaast ook gewoon een trekker huren per dag, week of per draaiuur. Een nieuwere vorm is het zogenoemde ‘pay per use’. Dat is feitelijk ook huren, maar je betaalt dan een vast bedrag per hectare, ton, kilo droge stof of wat dan ook. Dat komt wat vaker voor bij oogstmachines en grondbewerkingsmachines, zelden tot nooit bij trekkers.

Feit blijft: financiële lease is veruit het populairst. Naar schatting wordt 80% van de duurdere machines en trekkers op deze wijze gefinancierd. Bij loonwerkers ligt dat percentage boven de 90. Alle andere vormen van operational lease en huur bestaan wel, maar zijn minder populair in de landbouw.

Dat is bijzonder, want de laatste 15 tot 20 jaar schermen importeurs en dealers ermee dat een zogenoemd all-inclusive-tarief de grote trend zou worden. In dit tafief zijn verzekering en reparatie- en onderhoudskosten inbegrepen. TREKKER schreef al in 2017 (zie TREKKER nr. 358) een analyse waarin experts voorspelden dat operational lease en huur een vlucht zouden nemen.

De praktijk is anno 2023 anders. Operational lease komt bij circa 10% van de nieuwe trekkers voor. Van die 10% gaat het gros naar overheidsinstellingen, gemeentes en waterschappen omdat die vaak geen materieel op de balans mogen zetten.

Machines leasen: landbouw- versus transportsector

Dat een all-inclusive-tarief nauwelijks voorkomt, is bijzonder. In de markt van vorkheftrucks en vrachtwagens liggen de verhoudingen precies andersom. Daar gaat 80 tot 90% in de operational lease. Hoe dat komt?

  • Ten eerste is de landbouw een vrij conservatieve sector. Wie kiest voor financial lease, wordt ook eigenaar van de trekker. Dat voelt voor boeren en loonwerkers beter.

  • Ten tweede kun je – als dat mag en kan – gebruik maken van willekeurige afschrijvingsregelingen, subsidies en voordeelregelingen. Zo is in 2023 de ‘Extra mogelijkheid willekeurig afschrijven’ heel populair. Daarmee kunnen ondernemers tot 50% ineens afschrijven. Met name akkerbouwers en veehouders maken daar gebruik van.

  • Ten derde wordt een trekker nog altijd heel divers ingezet en kunnen kosten voor waardevermindering, onderhoud en reparatie erg variëren. Het maakt nogal een verschil of een trekker voor extreem zwaar transportwerk wordt ingezet of voor verpleegwerk bij een gemeente of akkerbouwbedrijf. Het gebruik van vrachtwagens en vorkheftrucks daarentegen is veel consistenter, dus kunnen operational-lease-tarieven scherper en preciezer worden berekend.

  • Ten vierde is de laatste drie jaar de restwaarde van gebruikt materieel fors gestegen. Het gevolg is dat de waardevermindering van een trekker meevalt. Dat betekent dat ingeruilde trekkers een hogere waarde opbrengen dan verwacht. Die hoge inruilwaarde wordt soms ingezet voor een hogere aanbetaling bij de nieuw te leasen trekker, wat weer gunstig is voor een lager maandtarief. Immers, hoe meer je aanbetaalt, hoe lager je maandtarief wordt.
    Die restwaardes maken operational lease nog minder populair. Immers, een leasemaatschappij baseert een uur- of maandtarief mede op de waardevermindering op basis van tabellen. In combinatie met de fors gestegen nieuwprijzen voor trekkers (+25% over de laatste 2 à 2,5 jaar), maakt dat een operational-leasetarief hoger uitvalt. Veel loonwerkers schrikken daarvan, zodat er weer snel terug wordt gegrepen naar financial lease.

Creatief boekhouden

Leasemaatschappijen en dealers worden ook steeds creatiever. Een voorbeeld is de zogenoemde switchlease, die gebruik maakt van zowel financial lease als operational lease. Afhankelijk van de financiële situatie van de ondernemer, worden dan verschillende lease-cocktails gebruikt. Bijvoorbeeld door de eerste paar maanden een (hoog) operationeel leasetarief toe te passen – die de winst fors drukt – om vervolgens in een volgend boekjaar alles om te zetten naar een gunstige financial lease.

Als de ondernemer schrikt van een hoog tarief voor operational lease, maar wel de kosten voor onderhoud en reparaties wil afkopen, kiest hij voor een combinatie van financial lease mét een (apart) contract waarin onderhoud en reparatie wordt ondergebracht bij de dealer. Soms in combinatie met een eigen-gebrek-verzekering.

De afrekening (lease en onderhoud/reparatie) vindt in zijn geheel plaats via de leasemaatschappij. Die betaalt vervolgens de dealer een vast bedrag voor reparatie en onderhoud. Leasemaatschappijen lopen niet te koop met switchlease, maar uit navraag blijkt dat bijna iedereen deze mixvormen wel eens toepast.

Grootmachten in leaseland

In de landbouw zijn enkele banken actief met lease. Alleen John Deere heeft deels een eigen bank, maar feitelijk is BNP-Paribas de bank achter de ‘John Deere Financial Services’. BNP-Paribas is ook de financiële kracht achter Claas en Case New Holland (CNHi).

In Rusland zit DLL (De Lage Landen, onderdeel van Rabobank) achter de leaseconstructies. DLL is wereldwijd ook de financiële kracht achter Agco-Finance (Fendt, MF, Valtra), Lely, Same Deutz-Fahr en merken als Gea, Delaval en JOZ. Met een verleased kapitaal van ongeveer € 40 miljard (waarvan een derde via Agco) in de landbouw, is DLL een grote speler in de agrarische wereld. Volgens de website van DLL verleaset de bank jaarlijks 50.000 trekkers.

Wie wat verder zoekt en googelt op internet. komt een hele waslijst aan merkonafhankelijke leasebedrijven tegen. Denk daarbij aan Beequip, ABC-finance en ABN-Amro Lease.

‘Scherp’ leasetarief sigaar uit eigen doos

Momenteel wordt er veel geadverteerd met ‘scherpe’ leasetarieven die gebaseerd zijn op rentes tussen 0 en 1,99%. Opmerkelijk, want de netto marktrentes liggen minimaal op 6 à 7%, en lopen soms zelfs op tot 10%.

Hoe dat kan? De grote gevestigde fabrikanten maken op concernniveau afspraken met de grote leasemaatschappijen als DLL en BNP-Paribas. Voor de buitenwereld komen ze dan met een aantrekkelijk laag rentetarief waarbij ‘via de achterdeur’ de fabrikant of soms de importeur een gemaakte lease-deal ondersteunt. Vandaar dat je de advertenties met de lage leaserentes alleen aantreft bij de grote wereldmerken en vaak bij de duurdere trekkers en zelfrijders.

Deze constructies maken dat de nettoprijzen hoger blijven (minder korting), maar dat er wel een laag rentetarief kan worden toegepast. Dus ergens is het een sigaar uit eigen doos, die overigens nog steeds een voordeel kan opleveren voor de boer, zo blijkt uit de tarievenvergelijking in TREKKER nr. 423. Overigens: de tariefverschillen tussen merkdealers en onafhankelijke leasemaatschappijen is niet schokkend groot.

Loonwerkers leasen gemiddeld 90% van hun materieel. Nu de rente is gestegen, blijkt het voor veel loonwerkers lastig om deze hogere rentekosten door te berekenen in hun tarief. - Foto: Henk Riswick

Loonwerkers leasen gemiddeld 90% van hun materieel. Nu de rente is gestegen, blijkt het voor veel loonwerkers lastig om deze hogere rentekosten door te berekenen in hun tarief. – Foto: Henk Riswick

Occasions in de lease

Vandaag de dag is het makkelijk om tweedehands materieel te leasen. Dat was in het verleden wel eens wat lastiger. Sterker nog: bedragen tot € 500.000 zijn – mits je een bekende, vertrouwde klant bent – heel eenvoudig af te sluiten via een merkdealer of online. Aanvragen worden nauwelijks afgewezen. Leasemaatschappijen geven aan dat akkerbouwers en veehouders (bijna) altijd hun betalingsverplichtingen nakomen.

Er is wél een groep loonwerkers waarover leasemaatschappijen bezorgd zijn. Dat zijn de loonwerkers die kiezen voor bovengemiddeld lange leaseperiodes en voor een hoog laatste termijnbedrag, puur om de maandlast te drukken. Dat ziet er op papier aantrekkelijk uit, maar je bouwt dan ook niks op in die jaren.

Hoe ziet de toekomt qua leasen er uit?

Operational lease of huur komt dus nauwelijks voor. Wat gaat de toekomst doen? Van alle bedrijven die we benaderd hebben voor dit artikel, was er slechts één die op lange termijn wél gelooft in operational lease. Dit bedrijf voorspelt dat over 10 à 15 jaar het merendeel van de trekkers in de operational lease zit. Voorlopig blijft het echter zoals het nu is, zeker als marktrentes verder gaan stijgen.

Auteur: Bas van Hattum

Gerelateerde tags: ,

Gerelateerde artikelen

Afbeelding artikel

Schade aan materieel? Gps-diefstal? Op pad met de schade-expert

TREKKER gaat op pad met een schade-expert. Een inkijkje in de wereld van schadebeoordeling, plus tips van de expert.
Afbeelding artikel

Oldtimer trekker op maat verzekeren

Zodra een trekker op de openbare weg komt, moet deze verzekerd zijn. Voor een oldtimer trekker zijn aparte polissen af te...
Afbeelding artikel

Blog | ‘Wie goed rekent, kan genieten van zijn materieel’

Wie een beetje rekent, kan zich in elk geval voorhouden of de investering in materieel uit kan of niet, stelt Bas...