Loonvoerbedrijf kiest voor JCB-wiellader met Peecon-voermengwagen
Een groot deel van de loonvoerbedrijven in Nederland rijdt met een zelfrijdende voermengwagen. Loonvoerder Johan Zwijnenburg is een van de weinigen die voor een andere combinatie kiest: een JCB-wiellader met Peecon-voermengwagen. Deze combinatie is wendbaarder. TREKKER ging op bezoek.
Het is een bijzonder beeld in het koude, regenachtige Bergambacht (Z.-H.) eind oktober. Zo’n 700 koeien zien een telescopische JCB-wiellader naar binnen rijden met daarachter een 25-kuubs Peecon-voermengwagen. Achter het stuur zit Johan Zwijnenburg. Hij is één van de twee loonvoerders die werkt met een getrokken combinatie. Het gros van de loonvoerbedrijven kiest voor een zelfrijder, Zwijnenburg bewust niet.
Lees verder onder de foto’s
Combi blinkt uit in eenvoud
Eerlijk is eerlijk, je kijkt toch een keer extra om als de wiellader met voermengwagen passeert. Toch siert eenvoud deze combi. Wanneer Zwijnenburg aankomt op locatie, hoeft hij maar één keer uit te stappen om de voermengwagen af te koppelen. Dat is om de luchtslang en verlichtingsstekker van de kniklader los te koppelen. De rest bedient hij allemaal op afstand.
Op de locatie waar wij te gast zijn, moet Zwijnenburg vijf vrachten mengen en lossen. Bij het aan- en afkoppelen kan hij eenvoudig de steunpoot van de mengwagen bedienen vanaf het bedieningspaneel in de shovel. Ook de K80-trekhaak vergrendelt hij vanuit de cabine. “Op een plek als deze moet ik meerdere vrachten lossen. Als ik bij iedere vracht tussendoor alles handmatig moet aankoppelen, kost dat veel extra tijd. Daarom heb ik bewust gekozen voor deze opbouw, om overal zo snel mogelijk te werken.”
Afhankelijk van back-up
Het werk moet elke dag gebeuren. Een eventuele motorstoring van de mengwagen of een gebroken onderdeel van de shovel zou funest zijn. Zwijnenburg: “Ik heb in het verleden een keer een probleem gehad met de JCB, waardoor ik heel kort een andere verreiker voor de wagen had staan. Dat bleek niet optimaal. Ik had door mijn cameraschermen en bedieningspaneel weinig overzicht in mijn cabine, bovendien ben je minder wendbaar.”
Toch is een wiellader of een getrokken voermengwagen over het algemeen makkelijker te vervangen dan een zelfrijder, vindt Zwijnenburg. “JCB-dealer Dalukt Barneveld, die hier in de buurt zit, heeft over het algemeen altijd wel een verreiker staan. Dat scheelt. Bovendien rijdt hier in de omgeving nog eenzelfde combinatie. Daar kan ik in geval van nood een beroep op doen.”
Onderhoud van zijn machines vindt de loonvoerder dan ook belangrijk. “Ik probeer alles goed bij te houden. We smeren de JCB met de hand, volgens schema. De voermengwagen heeft een centraal smeringssysteem en krijgt elke 500 uur een beurt. Deze combinatie heeft dat gewoon nodig. Gezien de uren die ik maak, wil ik toch elke drie jaar kijken naar een nieuwe wiellader en elke vier jaar naar een nieuwe voermengwagen.”
Keuze voor getrokken combinatie
Waar bijna ieder loonvoerbedrijf in Nederland kiest voor een zelfrijder, gaat Zwijnenburg bewust voor een knikgestuurde verreiker met getrokken wagen. De JCB TM320S-knikverreiker is veelzijdig en maakt daarom veel draaiuren, jaarlijks zo’n 4.000. De voermengwagen zet jaarlijks zo’n 3.000 uur op de klok.
Zwijnenburgs keuze heeft zo zijn redenen. “Hier in de buurt zijn veel erven krap, daar hoef ik echt niet met een zelfrijder aan te komen. Smalle sleufsilo’s, krappe ingangen van stallen, noem maar op.”
Op de Peecon-voermengwagen is een FPT-motorblok gemonteerd, zodat Zwijnenburg kan mengen terwijl hij aan het laden is. De motor is volledig te bedienen vanuit de cabine van de shovel. Wat verder opvalt is het geluid: de machine is stil voor een mengwagen. Midden in het proces van laden laat Zwijnenburg de veelzijdigheid van de wiellader zien. “Ik kan makkelijk een slecht hoekje van de kuil weghappen, of even een baal aan de kant zetten of zelfs neerleggen voor de boer. Het zijn kleine dingen, maar het lijkt me niet dat een zelfrijder dit ook kan.”
Manier van werken
Om zo snel en efficiënt mogelijk langs alle klanten te gaan, werkt Zwijnenburg met Feedlync. In dat systeem zet de boer – in samenspraak met de loonvoerder – een rantsoen klaar. Ook wordt de mengtijd aangegeven, evenals de plaats waar hij het rantsoen moet lossen. “Als ik het erf oprijdt, zet ik de app aan. Dan zie ik precies wat ik allemaal moet doen. Bovendien start dan de timer, die afloopt als ik klaar ben. Aangezien mijn tarief per minuut is, kan ik via deze app altijd zien hoe lang ik op een locatie bezig ben geweest.”
In de cabine hangt de Feedlync-tablet, die alle informatie toont. Verder is een groot bedieningspaneel van de mengwagen zichtbaar, en meerdere cameraschermen. Het meest springt de zogenoemde Birdview-camera in het oog. Deze geeft een overzicht van bovenaf. “Dankzij deze camera heb ik zicht rondom mijn combinatie. Ik kom weleens op plekken waar bijvoorbeeld kinderen aan het spelen zijn. Omdat het toch een vrij grote combinatie is, is het fijn om te zien wat er omheen gebeurt.”
Zoveel mogelijk zelf doen
Eén van de grote nadelen van een loonvoerbedrijf is dat het altijd zeven dagen in de week werken is. Het kan soms lastig zijn om mensen te vinden die dat werk willen doen. Zelf elke week zeven dagen draaien, is op de lange termijn intensief. “Ik probeer altijd zo veel mogelijk zelf te doen. In de zomer is dat goed te doen; de ronde is dan sneller gedaan omdat de koeien in de wei staan. In de winter duurt de ronde wat langer, dan vraag ik soms wat zzp’ers om werk van mij over te nemen. Het scheelt wel dat ik in principe alleen werk, maar het is inderdaad lastig om een goede vervanger te vinden voor dit werk.”
Tekst en foto’s: Lars Verhage
Bekijk de testresultaten van minishovel JCB 403 Plus Agri
Gerelateerde tags: JCB, Minishovels, Peecon, Voermengwagens, Voertechniek, Wielladers