Grimme Evo 280 getest: volop instelbaar, te veel verliesknollen
Twee jaar geleden bracht Grimme de tweede generatie Evo 280-getrokken aardappelrooier op de markt, kortweg de Gen 2. Die is hydraulisch aangedreven, en dat biedt voordelen ten opzichte van het vorige model. Minpunten, of nadelen zo je wilt, zijn er ook. Dat ondervonden we tijdens onze werktuigtest.
De Grimme Evo 280 Gen 2-getrokken tweerijige aardappelrooier met bunker staat sinds september 2023 in de prijslijst. De opvolger van de Evo 280 Gen 1 presteert op verschillende vlakken beter, maar aan kritiek ontkomt ook het nieuwste model niet. Vergelijk je beide uitvoeringen met elkaar, dan vallen de volgende wijzigingen op:
- het reinigingstraject is meer open geconstrueerd en herkenbaar aan de roestvaststalen slijtplaat
- VarioDrive heeft plaatsgemaakt voor hydraulische aandrijving van alle graaf-, zeef-, vinger- en vulbanden
- de tweede zeefband en de loofdoorvalband zijn langer om verliezen bij lage toerentallen te voorkomen
- de loop van de loofdoorvalband is veranderd/verbeterd
- nieuw zijn de in hoogte verstelbare insteekbussen voor de loofstangen
- de optionele stenenvanger is versterkt en beter gevoerd voor meer demping
- sinds vorig jaar is er de nieuwe IBX Isobus-bediening, zowel in de trekker als voor bij de leestafel
Geluidsniveau verbeterd, onderhoud gemakkelijker
Een aantal van deze wijzigingen komt tegemoet aan de kritiek die onze collega’s van Profi uitten in 2021. Zo is het geluidsniveau van de aardappelrooier aanzienlijk minder. Ook is de toegankelijkheid van de machine voor onderhoud aanmerkelijk beter. De mogelijkheid om onderhoud aan de groothoek-aftakassen uit te voeren is een goed voorbeeld. Mooi is de optie om te kiezen voor centrale smering of bloksmering voor de meeste smeerpunten. Waarbij de geteste centrale smering het vet overigens nog wat beter mag verdelen. Een individueel instelbaar doorsmeerinterval is eveneens wenselijk.
Opname rooier kan beter
We testten de Evo 280 Gen 2 vorig seizoen in aardappelen en uien. De opname van de rooier was door de fabrikant afgestemd op de regionale grondsoort en omstandigheden (Lüneburger Heide, Duitsland). Dit betrof de zogeheten TerraControl-uitvoering met halve diabolo’s met een brede kraag. Linksvoor was een optioneel loopwiel gemonteerd waarvan we de band tweemaal van de velg drukten, waaronder een keer in een flauwe bocht. De opname van de twee ruggen verliep verder goed met enkel een paar kleinigheden als kritiek. Zoals de missende automatiek bij het openen van een perceel. Dit is inmiddels in de nieuwste derde generatie (MultiCrop) van de Evo 280 gewijzigd met een nieuwe opname en nieuwe tastwielen.
Het lukt ons meermaals niet om met de optionele driedelige rooibeitels de gewenste rooidiepte te bereiken. En boven de schaardrageras verzamelde zich onnodig veel grond. Niettemin leverde de nieuwe zeefkanaalgeometrie door de bank genomen goed werk. Mede dankzij de terugdraaioptie voor situaties waarin veel loof tot een uitzonderlijke verstopping leidde. Sommige open houders van de afstrijkrollen werden na enkele dagen weer afgedicht om ophoping van loof te voorkomen.
Te veel verliesknollen
Onze belangrijkste kritiek is (blijft) toch wel de scheiding van knollen en loof. Door relatief langzaam draaiende zeefbanden en de rustige loop van de loofdoorvalband, verloren we zelfs knollen die goed loofvrij waren. Dat gebeurde ofwel achter het eerste pakket afstrijkrollen, ofwel de middelste band wierp de knollen uit de machine. Agressief afgestelde afstrijkkammen ten spijt.
Onze testmachine had een 200 millimeter loofdoorvalband en het middelste snoer was gedemonteerd. Boven de loofdoorvalband zorgde een stuk rubber na de vingerband (ClodSep-uitvoering) meermaals voor oponthoud. Dat stuk rubber moet de derde reiniger (egelband) tegen loof beschermen, maar verzamelde bij ons meermaals grote stenen. Die waren enkel handmatig te verwijderen door in de machine te klimmen. De loofdoorvalband liep na 190 hectare rooien al enigszins scheef. Dat zou niet mogen gebeuren in zo’n korte tijd. Inmiddels is dit euvel volgens Grimme opgelost.
Als je kiest voor de Comfort-Line-uitvoering, krijg je verschillende vormen van automatisering en in hoogte verstelbare platformen links. Als je veel de leestafel gebruikt, mis je toch wel een verstelbaar platform aan de rechterzijde. Volgens Grimme is dat uit veiligheidsoverwegingen echter niet mogelijk. Op de nieuwe generatie Evo 280, de Gen 3, is dit alles wel mogelijk.
Niettemin is het resultaat van de reiniging en afscheiding met de lange vingerkammen goed. Vooral ook vanwege de brede inzetbaarheid dankzij de mogelijkheid om de hellingshoek van het reinigersframe (tussen 7,5 en 14,1 graden) en de hoek van de drievoudige afstrijkrollen in te stellen. Dat geldt ook voor de hoogte- en snelheidsaanpassing ervan. De snelheid van de derde egelband is nu eveneens instelbaar.
Met non-stopbunker ben je meer mans en flexibeler
De non-stopbunker met een opgegeven volume van 7,5 ton liet zich zelfs met 8 ton aardappelen vullen. Dat is top. De valhoogte vanaf de leestafel is gering. Eveneens positief is de mogelijkheid om de bunkerbodem terug te laten draaien, en de positie van de bunker tijdens het rooien.
We kregen dan wel 8 ton in de bunker, de vulautomaat droeg hier wat ons betreft niet direct iets aan bij. De ultrasoonsensor werkte namelijk niet altijd goed. Grimme geeft aan dat dit met instellingen te maken heeft en dat de vulautomaat bij de juiste instellingen goed functioneert. De kistenvuller is wat ons betreft op punten voor verbetering vatbaar.
SmartView-camerasysteem met talrijke functies
Kritiek op de elektronica betreft ook het lange wachten voordat je de Isobus-terminal na het opstarten kunt gebruiken. Iets wat met een software-update inmiddels verholpen moet zijn. Het probleem met het telkens uitvallende IBX-kastje bij de leesband is opgelost door het simpelweg te vervangen.
Het SmartView-camerasysteem met grote monitor verdient pluspunten dankzij de talrijke functies en mogelijkheden. Het beeld op de monitor is wel wat lastig te interpreteren als de zon er sterk op schijnt.
Trekker met loadsensing en dubbelwerkend ventiel nodig
De Evo 280 vereist een trekker met loadsensing en een dubbelwerkend ventiel. Onze John Deere 6250 R kon de rooier met 650 aftakastoeren de baas. Vanuit gebruikersoogpunt mogen de aandrijfkettingen van de stenenvanger, ondersteuningsrollen en afstrijkrollen wat ons betreft achterwege blijven.
Indien gewenst kun je beide wielen aangedreven laten uitvoeren. En een transportwiel om te rangeren is inmiddels ook beschikbaar. Al met al blijft de transportbreedte van de getrokken rooier beperkt tot 3,0 meter.
Veel is verbeterd, maar verbeterpotentieel blijft
Kies je voor de standaardbunker, dan is de Grimme Evo 280 Gen 2 er vanaf € 242.195. De Comfort-Line-uitvoering kost € 9.000 minder, terwijl de door ons geteste TerraControl-opname de prijs met € 13.045 verhoogt. Wil je de zeefbanden vanuit de trekker kunnen verstellen, dan betaal je € 10.000 extra. Een eventuele stenenvanger komt op € 5.650. De non-stopbunker kost nog eens € 27.315 extra. Voor de 850/50 R30,5-banden, zoals gemonteerd op onze testmachine, betaal je € 4.100 extra. In combinatie met het camerapakket (€ 12.600), Speedtronic-Web en -Sep (€ 3.640), Turbo Clean (€ 1.200), CCI 1200-terminal (€ 4.425) en verschillende andere opties komt de prijs van de geteste uitvoering op € 334.390.
De tweede generatie Grimme Evo 280 presteert op verschillende punten beter dan de eerste generatie, maar is ook niet gespeend van kritiek. Grimme staat aan de vooravond van de marktintroductie van generatie 3, waarmee dit seizoen in Nederland overigens al de eerste (goede) ervaringen zijn opgedaan.
Auteurs: Sönke Schulz, René Koerhuis
Gerelateerde tags: Grimme, rooiers, Trekkertest, Zaai- en pootmachines