Machinefabrikant Krampe groeit tegen de trend in

De Duitse machinefabrikant Krampe groeide in 2024, en dat is tegen de trend in. Dit komt door een slimme marktbenadering, een doordacht modulair productieapparaat en kansen pakken, zoals ze deden met de Kaweco Radium-silagewagen. Een exclusief interview met de directie. Dit is Krampe’s visie, samengevat in zes stappen.

Sinds 2009 huist Krampe op een voormalige legerbasis in het Duitse Coesfeld, net over de grens met Nederland ter hoogte van Winterswijk (Gld.). We zijn verrast door de vele veranderingen die meteen zichtbaar zijn. Zo kwam er een gigantisch overlaadterrein net voor de hoofdingang. En 100 meter verderop sloopt een handjevol rupskranen met breekhamers een dikke betonvloer, waarbij trekkers met (Krampe-) gronddumpers alles aan- en afvoeren. Hier wordt gewerkt aan een nieuwe fabriekshal.

Als we even binnen kijken in de opgeruimde fabriekshallen, is het echt indrukwekkend hoeveel nieuwe lasrobots, buig- en zetbanken en (bijna) nieuwe lasersnijders in de hallen staan. Conclusie: hier wordt geïnvesteerd. Flink geïnvesteerd.

Lees verder onder de foto’s en kader

Focus is de kern

We lopen 100 meter verderop het sales- en marketinggebouw binnen en gaan aan tafel. Voor ons zitten export-salesmanager Frank Meibes, de Nederlandse fabrieksvertegenwoordiger Christian Buiël, de kersverse sales-directeur Felix Reuver, de marketingspecialiste Verena Soester en tot slot de eigenaar: de 34-jarige Robin Krampe.

Frank Meibes begint al vol trots te vertellen dat tijdens zijn Krampe-carrière (sinds 2009) de omzet verviervoudigde en in 2024 uitkwam op € 60 miljoen, een toename van 9% ten opzichte van 2023. Bijzonder, omdat de gemiddelde fabrikant in de agrarische sector de omzet met 20% zag teruglopen.

Over de vraag hoe dat kan, is Robin Krampe helder: “Veel zaken die hebben meegewerkt aan onze groei, maar het kernwoord is toch wel focus. Die focus is er bij onze strategie, onze export, onze productie, en vooral in wat we wél en niet doen.” Dit is Krampe’s visie, samengevat in zes stappen:

1. Importeur ertussenuit

Ten eerste heeft Krampe een langetermijnstrategie en een heldere groeistrategie voor ogen. Met name bij de export. In het verleden werkte het met importeurs, die het product vervolgens verkochten aan dealers en die weer aan eindklanten.

Robin Krampe vertelt verder: “Naar onze mening is dat één marge-tussenstap te veel. Dat verdraagt ons product niet, je bent dan vaak te duur. Dus bewerken we alle markten en landen direct vanaf de fabriek. Daartoe hebben we de laatste jaren Europawijd geïnvesteerd in zeven fabrieks- en landvertegenwoordigers die lokaal de taal spreken, de mentaliteit aanvoelen en de cultuur begrijpen. Zowel regionaal binnen Duitsland als in de landen Denemarken, Tsjechië, Frankrijk, Nederland, Polen en recent ook in Zweden. Christian Buiël hebben we onlangs aangenomen voor Nederland en België, en hij gaat straks ook het Verenigd Koninkrijk en Ierland voor zijn rekening nemen. Het is aan die landvertegenwoordigers om de dealers sterker te maken, de communicatiedriehoek te verbeteren tussen fabrikant, dealer en eindklant, en de juiste keuzes te maken wat betreft beurzen en demodagen.”

2. Alles met Europese typegoedkeuring

Ten tweede is vanuit Krampe vanaf 2018 twee jaar geïnvesteerd in de voorbereidingen voor de Europese typegoedkeuring die sinds 2020 op alle Krampe-voertuigen wordt geleverd.

Robin Krampe: “Dat betekent dat onze producten niet alleen aan de wettelijke eisen voldoen, maar ook dat je deze zonder tussenkomst van een extra keuring op kenteken kunt zetten, in welk Europees land dan ook. Zie het maar als het fundament onder het geheel. Niet alleen bij nieuwverkoop, maar later ook als producten van eigenaar wisselen en dan makkelijk zijn te exporteren.”

3. Risicospreiding: focus op meerdere klantgroepen

Ten derde kiest Krampe ervoor om met focus drie doelgroepen te bedienen. Landbouw is weliswaar – van oudsher – de grootste doelgroep, maar de laatste jaren heeft het zich ook meer toegelegd op de grondverzetwereld. En ten derde ook op de cultuurtechniek, met onder meer de haakarmsystemen. Het voordeel van de focus op meerdere doelgroepen is risicospreiding. En dat is precies wat in 2024 gebeurde. Europees gezien liep de landbouw met 20% terug, de bouwwereld met ruim 30%. De cultuurtechniek maakte echter weer iets goed.

En ook: binnen de doelgroepen biedt Krampe iets aan voor de kleinere of minder veeleisende boer, alsook voor de grotere, meer ambitieuze ondernemer. En waar de gemiddelde boer minder investeerde in 2024, zag het bedrijf juist dat de grotere ondernemer blijft investeren en zich richt op de lange termijn.
Frank Meibes: “Vooral Nederlanders passen doorgaans in de laatste categorie.”

4. Modulair bouwen

De term ‘Baukasten’ komt op tafel. Het betekent modulair bouwen, oftewel een machine samenstellen uit afzonderlijke, vooraf gefabriceerde modules of componenten. Die kun je binnen vele series en modellen weer toepassen. De assen, het chassis, de veersystemen, de dissels, en ga zo maar door: bijna allemaal zijn ze uitwisselbaar en volgens vaste maten en afmetingen gebouwd. Of je nu een tandem- of tridemkipper, een afschuifwagen of straks een Radium-silagewagen koopt, in veel gevallen zul je dezelfde componenten aantreffen.

Robin Krampe: “We kunnen grotere aantallen van bakken- of chassiscomponenten op voorraad bouwen. Dan zien we later wel waar deze in terechtkomen. Maar de voordelen zijn nog veel groter. Ook bij het aanleggen van een onderdelenvoorraad is er een schaalvoordeel. Hoe meer gestandaardiseerd is, des te gunstiger – voor alle schakels, van ontwerp tot verkoop en zelfs nazorg.”

Binnen de modulaire bouw, kan Krampe dus ‘spelen’ met de uitvoering, zolang het de Europese typegoedkeuring niet in gevaar brengt.
Christian Buiël: “Natuurlijk kunnen we kippers tot op zekere hoogte op wens aanpassen. Sommige wensen zijn door ons niet realiseerbaar; dan wordt het een dealeroplossing en geen fabrieksoplossing.”

Directeur/eigenaar Robin Krampe zelf is de stuwende kracht achter deze productiewijze. Hij erkent veel te hebben geleerd tijdens zijn carrière bij Amazone.
Robin Krampe: “Met name hoe je slim verschillende componenten kan combineren, zo toch weer een nieuwe machine bouwt én tegelijk een andere klantengroep kan aanspreken. Daar zit de kracht. Als je goed kijkt naar de autowereld, dan zie je niet anders. Waarom zou je als automerk met zeventien verschillende remsystemen werken als je dit ook terug kan brengen naar vier of vijf voor al je autoseries?”

5. Wensbouwen kent grenzen

Als er iets is waar menige (vooral Nederlandse) fabrikant zich in verslikte, is dat het altijd maar op wens bouwen voor een klant. Het voordeel is dat je vaak een deal hebt. Het nadeel van maatwerk is dat geen kipper hetzelfde is. Daar ondervind je problemen mee bij inruil of export.

Frank Meibes: “Natuurlijk luisteren we goed naar onze klanten. En natuurlijk willen we ver gaan, maar het houdt een keer op. Desalniettemin hebben we de afgelopen jaren wel ‘Holländische’ opties ontwikkeld in samenwerking met Kraakman, zoals de hydraulisch opklapbare onderrijbeveiliging. Of denk aan een groter doorkijkvenster. Zolang het past binnen onze modulaire bouw én het de Europese typegoedkeuring niet in gevaar brengt, kunnen we lang meedenken.”

Robin Krampe: “Het is ook in het belang van de klant zelf. Terugkomend op die hydraulische onderrijbeveiliging. Wat als de klant deze na zes jaar krom rijdt, en graag binnen een week een nieuwe wil? Als we die zaken niet goed regelen, keuren en vastleggen, weet je als fabrikant gewoonweg niet waar je blijft. Met te veel ellende intern, extern en uiteindelijk een ontevreden klant. Ik kies daar duidelijk niet voor.”

6. Focus houden op transportaanhangers

Tot slot is en blijft bij Krampe de focus liggen op het bouwen van transportvoertuigen die achter een trekker passen. Denk aan de RamBody-afschuifwagens sinds 2022, en nu zeer recent de driezijdige FlexBody-kippers en uiteraard de Radium-silagewagens.

Frank Meibes: “We hebben in het verleden ook opleggers gebouwd voor vrachtwagens, en de stap richting opraapwagens of mesttanks lijkt niet ver weg. Maar nee, daar ligt niet onze basis, niet onze focus, onze passie en ons specialisme. Voor je het weet, ga je weer van alles bouwen. Daarmee vervalt het voordeel van de modulaire bouw, de kennis, je salesteam en de export.

Blik op de toekomst

Over de vraag hoe Krampe zichzelf ziet in de markt, zijn de heren bescheiden. Frank Meibes: “Wat wij merken bij het uitbrengen van een offerte, is dat klanten denken dat we veruit de duurste zijn. Maar als ze de prijs zien, valt ze die vaak mee. Dat betekent niet dat we de order hebben; wel dat we als een premiummerk worden gezien, en dat klanten een premiumprijs verwachten. Waar ik dan soms het meest van baal is dat we bij sommige klanten niet eens een offerte mogen uitbrengen, omdat ze al van tevoren denken dat we veel te duur zijn. Ik weet niet zo goed hoe we dat moeten veranderen.”

Wat de toekomst betreft, ligt bij Krampe de focus op het op peil brengen van het productieapparaat.
Robin Krampe: “Je kan nog wel meer markten bestormen, maar als je dan niet kunt produceren, sla je de plank mis.”

Voor Nederland en België ligt de focus op het verder uitbouwen en verstevigen van het dealernetwerk. Dat zal zijn om alle Belgische en de Kraakman-dealers te ondersteunen en uit te dagen om de Krampe-producten aan de man te brengen. En uiteraard om de in Nederland zeer geprezen Radium-silagewagens weer op de markt te brengen. Maar die zullen niet eerder in serieproductie gaan dan tweede kwartaal 2026. Laatste nieuwtje: “Vanaf begin 2026 nemen we ook de onderdelenvoorziening van de oudere Radium-silagewagens op ons”, zo besluit Robin Krampe.

Auteur: Bas van Hattum

Gerelateerde tags: Bedrijfsvoering, Grondverzet, Krampe