De redactie van TREKKER vindt niet dat kleinere mechanisatiebedrijven het slechter doen dan grotere, zoals GroeNoord. Elk mechanisatiebedrijf heeft z’n eigen kwaliteit, charme, klantengroep en specialisme.
Eind februari schreef ik al dat ik hoopte dat GroeNoord weer volop zou draaien als TREKKER magazine nr. 438 bij u in de brievenbus zou vallen. Echter, bij het schrijven van dít commentaar, is de toekomst van GroeNoord nog steeds niet zeker.
Wél weten we nu dat John Deere-dealer Kraakman graag heel Nederland voor z’n rekening neemt. In hoeverre ze dit gaat doen door een overname van GroeNoord, is nog niet bekend. Maar eerst even dit: we zijn als redactie geschrokken van de reacties op het vorige voorwoord. Daar stond: ‘GroeNoord is een bedrijf dat de organisatie heeft staan zoals het zou moeten. Een dealer met omvang en gerenommeerde merken. Een dealer met omzet. Een dealer met kennis en kunde. Een dealer met de juiste digitale voorzieningen en service.’
Met die formulering bedoelden we te zeggen dat als de zaken ogenschijnlijk goed voor elkaar zijn, het kennelijk nog geen garantie is voor succes. Echter, sommige eigenaren van mechanisatiebedrijven lazen de tekst als: ‘GroeNoord is groot en heeft het goed voor elkaar, dus wij als normaal (kleiner) mechanisatiebedrijf hebben het slecht voor elkaar.’
Dat is natuurlijk niet wat we bedoelen. Dus bij deze: nee, de redactie van TREKKER vindt niet dat kleinere mechanisatiebedrijven het slechter doen dan grotere. Elk bedrijf heeft z’n eigen kwaliteit, charme, klantengroep en specialisme. Waarbij die laatste twee vaak samen op gaan.
Hopelijk is de kou hiermee uit de lucht. En hierbij nogmaals de wens dat als TREKKER magazine nr. 439 bij u in de bus valt, de medewerkers van (het voormalige) GroeNoord weer volop aan de slag zijn. In welke vorm dan ook.
Auteur: Bas van Hattum
Gerelateerde tags: Bedrijfsvoering, GroeNoord
Notifications
