Vanaf 1 januari 2025 moeten alle landbouwvoertuigen verplicht een kentekenplaatplaat hebben, ongeacht de constructiesnelheid of de rijsnelheid van het voertuig op de weg. TREKKER zocht voor je uit hoe het ook alweer zit met de kentekenplicht. – Foto: Hans Prinsen
Vanaf 1 januari 2025 moet elk zelfrijdend of getrokken voertuig een gele of witte kentekenplaat hebben. Hoe zit het ook alweer als het kenteken van de trekker niet zichtbaar is door de zaaimachine? Is kentekenverlichting verplicht? En wat moet je doen als je zelf een voertuig verkoopt? TREKKER zocht het voor je uit en geeft feiten en tips over de kentekenplicht.
Vanaf 1 januari 2025 moeten alle landbouwvoertuigen verplicht een kentekenplaatplaat hebben, ongeacht de constructiesnelheid of de rijsnelheid van het voertuig op de weg. Voor geregistreerde trekkers, zelfrijders of aanhangers kun je een gele GAIK-plaat (Gecontroleerde Afgifte en Inname van Kentekenplaten) bestellen. Vaak is dit al gebeurd omdat voertuigen vanaf dat moment ook 40 km/u mogen rijden.
In sommige gevallen zijn aanhangwagens niet geregistreerd. Dan biedt de witte volgplaat uitkomst. Is een witte volgplaat op de aanhanger gemonteerd, dan mag de hele combinatie – ongeacht de constructiesnelheid van de trekker – niet sneller rijden dan 25 kilometer per uur.
Voertuigen overschrijven
Het overschrijven van een landbouwvoertuig kan alleen onder een aantal voorwaarden. De koper is minimaal 18 jaar oud (16 jaar als het gaat om een brommer). Als je een trekker of machine aankoopt via een RDW-erkend bedrijf, dan regelt dat bedrijf vaak ook de overschrijving. Is de aankoop van een particulier of een rechtspersoon (bedrijf), dan moet je naar een kentekenloket of een RDW-balie of RDW-keuringsstation.
Als je een trekker of ander gekentekend voertuig van een particulier of rechtspersoon koopt, zijn er twee mogelijkheden om het voertuig over te schrijven. Dit kan online of door als koper, eventueel samen met de verkoper, naar een kentekenloket, RDW-balie of RDW-keuringstation te gaan. Zorg dat de volgende papieren compleet zijn: het kentekenbewijs op creditcardformaat (kentekencard), de tenaamstellingscode of het originele tenaamstellingsbewijs (deel IB), en het overschrijvingsbewijs.
Moet het voertuig op naam van een rechtspersoon (bedrijf) worden geregistreerd, dan is ook het nummer van de Kamer van Koophandel (KvK) nodig. Naast je legitimatiedocument moet je dus een (kopie van) een actueel uittreksel van de Kamer van Koophandel overleggen. Op het uittreksel hoort de naam van de tekenbevoegde te staan.
Tenaamstellingsverslag en vrijwaringsbewijs
Na de afronding overhandigt de medewerker twee documenten: een tenaamstellingsverslag met daarop de eerste vier cijfers van de tenaamstellingscode, en een vrijwaringsbewijs. Dit is het bewijs dat het voertuig niet meer op naam van de verkoper staat. Het vrijwaringsbewijs is altijd voor de verkopende partij. Nu staat het voertuig op naam van de koper, en moet die voldoen aan de verplichtingen die daarbij horen.
Om fraude te voorkomen verstuurt RDW de rest van de tenaamstellingscode later, meestal de volgende werkdag. Zodra het tweede gedeelte van de tenaamstellingscode is ontvangen, kun je de eerste vier cijfers daar met de hand bij schrijven. De kosten voor het overschrijven zijn € 10,75 per voertuig. Vergeet niet om zelfrijdende voertuigen te verzekeren zodra ze op naam staan.