fbpx
Terug naar nieuwsoverzicht

Echt getest: zó schoon is Stage-V

Dit is de PEMS (draagbaar emissie meetsysteem), waar een gasanalysator in is gebouwd die CO2, CO, NO, NO2 en O2 meet, partikels telt en totale uitlaatgas registreert. Deze PEMS kost zo’n € 300.000.

 Voor het eerst ooit, hadden we de mogelijkheid om emissie-uitstoot te meten tijdens het werk. Daaruit blijkt dat de Fase V-trekker wonderschoon is, met soms zelfs onmeetbare waardes. 

Lees het hele artikel in Trekker 387

Die grote witte installatie op de plaats van de uitlaat, is een zogeheten PEMS (portable emission measurements system). Hiermee meten we tijdens het ploegen en cultiveren de uitstoot van CO2, CO, NOx en PN. Binnen de Fase V-emissienorm zijn er limieten opgesteld voor die laatste drie, en hoewel CO2 niet schadelijk is voor het lokale milieu, draagt het broeikasgas wel bij aan de opwarming van de aarde. Dit is de eerste keer dat we de emissie-uitstoot hebben gemeten tijdens praktijkwerk en dit biedt een uniek inkijkje in de uitstoot en emissietechniek. Die CO2-uitstoot staat trouwens direct in verband met het dieselverbruik. Wil je CO2-uitstoot terugdringen, dan kun je dit alleen door diesel te besparen of speciale CO2-neutrale diesel te tanken.

Lees verder onder de video

Zeer lage Nox

Van alle emissies, is de uitstoot van NOx (stifstofoxiden) het grootste probleem, omdat dit schadelijk is voor de mens en natuur. Technisch gezien gaat het om twee gassen: NO (stikstofmonoxide) en NO2 (stikstofdioxide). NO is geurloos en onzichtbaar, en NO2 is een giftig roodbruin gas. NOx is de som van beide en speelt bijvoorbeeld een grote rol in smog in steden. Daarom is het interessant om eens te meten hoeveel NOx er wordt uitgestoten door onze testtrekker. Wat blijkt: in alle configuraties is de hoeveelheid NOx zeer laag, dus het nabehandelingssysteem van Valtra werkt zoals verwacht.

De hoeveelheid NOx lijkt verbonden te zijn aan de motorbelasting. Als we cultiveren met 8 km/u en 87% motorbelasting, blazen we gemiddeld 5,1 ppm (parts per million, deeltjes per 1 miljoen gasdeeltjes) NOx de lucht in. Als we opschakelen tot 100% motorbelasting, dan neemt de NOx toe tot gemiddeld 17,2 ppm, bij dezelfde werkdiepte. Je moet hierbij weten dat een trekker zónder SCR-katalysator doorgaans zo’n 800 tot 1.000 ppm uitblaast. Omdat in alle configuraties de NOx ónder de 35 ppm blijft, mag je stellen dat de SCR-katalysator erg goed z’n werk doet. Wel hebben we een zwakke plek ontdekt van de SCR-katalysator: stationair draaien. Tussen de verschillende testruns hebben we de ploegen namelijk moeten afstellen en de apparatuur moeten opladen, waardoor de motortemperatuur in de motor en katalysator is gedaald. In de meetresultaten is duidelijk te zien dat de eerste 250 meter (we meten steeds zesmaal 250 meter), de NOx-uitstoot kortstondig fors hoger is (tot 387 ppm) doordat de nabehandelingstechniek is afgekoeld.

Praktisch geen CO

Dan CO (dat is koolstofmonoxide). Het aandeel is laag. Erg laag. Het meetinstrument kan tot 90.000 ppm meten. En weet dat kleine motoren (zoals van een gazonmaaier) vaak die waarde wel uitstoten. Welnu: de Valtra mét dieseloxidatiekatalysator (doc) stoot 30 ppm uit tijdens het werk, dat is zelfs in het onderste bereik van de (officiële) meetapparatuur. Tijdens het werk met de cultivator konden we het aantal niet eens meten, omdat de waarde zelfs ónder 30 ppm zit. Dat is dus écht laag. Weet hierbij, dat 10.000 ppm gelijk is aan 1% van het uitlaatgas. En ter vergelijk: CO-emissie van auto’s uit de jaren tachtig zit tussen de 30.000 en 45.000 ppm. Het geeft aan hóe schoon deze Fase V-motor werkt. Het is normaal dat een Doc het CO-gas tot praktisch nul reduceert. Alleen bij een storing, extreem koud weer of tijdens een koude start zal de uitstoot hoger zijn.

Lees verder onder de foto

We herhalen elke configuratie zesmaal, met steeds 250 meter rijden. We meten praktisch geen verschil in uitstoot tussen onderlinge ploegafstellingen.

We herhalen elke configuratie zesmaal, met steeds 250 meter rijden. We meten praktisch geen verschil in uitstoot tussen onderlinge ploegafstellingen.

PN binnen verwachting

Tot slot, de PN (dit is het aantal roetdeeltjes/fijnstof). De PN wordt gemeten in aantal deeltjes per kubieke centimeter uitlaatgas. Normalerwijs ligt dit aantal ergens tussen de 10.000 tot 50.000 partikels per cm3, na een goedwerkend filter. Uit te test blijkt dat ook het gemeten aantal partikels in de praktijk laag is, zoals verwacht. Over de hele testdag gemeten zien we een langzame, gestage afname wat waarschijnlijk duidt op het voller raken van het fysieke partikelfilter. Het partikelfilter vult zich over de dag met fijnstof waardoor deze effectiever werkt, met een lichte daling in partikeluitstoot tot gevolg. Als we het werk hadden voortgezet, hadden we op den duur het moment bereikt waarbij het systeem gaat regenereren (schoonbranden), en waarmee de ‘golfvorm’ opnieuw begint.

Zoals gezegd, meten we het aantal partikeldeeltjes. Weet dat vroeger de partikelmassa (PM) werd gehandhaafd. Die massa werd gemeten door uitlaatgas door een filter te zuigen, en het residu (de roetdeeltjes) te wegen. Maar omdat moderne partikelfilters zodanig effectief zijn, valt er nauwelijks iets (betrouwbaars) te wegen. Daarom zijn partikeltellers ontwikkeld zoals de apparatuur die wij hebben gebruikt, en die is dusdanig gevoelig dat deze partikelaantallen kan meten die schoner zijn dan de normale buitenlucht.

Nauwelijks onderling verschil

Het meetresultaat toont geen (significant) verschil in uitstoot tussen verschillende ploegafstellingen. Wel meet de apparatuur verschil tussen het gebruik van de cultivator en de ploeg. De waardes bij het ploegen zijn al goed, maar met cultivator nog beter. Zeker als de ploeg niet optimaal is afgesteld. Het aantal partikels (fijnstof) per hectare is bijvoorbeeld 8 keer groter bij het ploegen, met dezelfde trekker en op hetzelfde perceel. Dit verschil wordt voor een groot deel veroorzaakt door de grotere capaciteit. Ook het aandeel NOx is lager bij het cultiveren, al is het verschil een stuk kleiner. Het is verassend dat met hetzelfde dieselverbruik (34 l/u), rijsnelheid (8 km/u), toerental (1.834 omw./min.), motorbelasting (87%) en slippercentage (10%), de hoeveelheid NOx toch 3,5 keer groter is dan bij het ploegen. Wanneer de motor 100% wordt belast bij het cultiveren, is de NOx-uitstoot hetzelfde als ploegen met 80 tot 90% motorbelasting. Afijn, we kunnen concluderen dat de nabehandelingstechniek die aan de Fase V-motor is gebouwd in alle negen geteste praktijksituaties uitstekend werkt en de emissie-uitstoot beperkt tot een niveau wat een paar jaar geleden nog ondenkbaar was.

Lees het hele artikel, met bijbehorende grafieken, in Trekker 387

Gerelateerde tags: , , , ,

Gerelateerde artikelen

Afbeelding artikel

VIDEO | Ploegwedstrijden met oldtimers en klassiekers

Op een zonovergoten zaterdag in september organiseerde de Oude Trekker en Motoren Vereniging (OTMV) haar jaarlijkse ploegwedstrijden.
Afbeelding artikel

Nieuwe opties voor Pöttinger Servo-ploegen 2000 en 4000

Pöttinger levert de Servo 4000-ploeg vanaf 2025 ook als onlandploeg. De Servo 2000-wentelploeg krijgt hydraulische snijbreedteverstelling.
Afbeelding artikel

Video | Machines voor ondiep ploegen bekijken op Akkerbouwdag 2024

Bezoekers zagen op Akkerbouwdag 2024 machines voor ondiep ploegen aan het werk tijdens de machinedemo’s.
Beheer
WP Admin