Stichting Polderpioniers bewaart werktuigen voor het nageslacht
Het ontwikkelen van de IJsselmeerpolders spreekt voor veel mensen tot de verbeelding. In Swifterbant maakt de Stichting Polderpioniers een deel van de begingeschiedenis van de polders toegankelijk voor de jongere generaties.
De mensen die het ontginnen van de net drooggelegde polders actief hebben meegemaakt, zijn ondertussen aardig grijs. Daarmee vergrijst ook de herinnering aan en de kennis van de aanpak van destijds. Hoewel het inpolderen relatief kort geleden plaatsvond, dreigt een deel van die geschiedenis verloren te gaan. Lelystad kende het Nieuw Land Erfgoedcentrum, maar dat is in 2017 opgesplitst. De archiefstukken gingen naar Het Flevolands Archief. De rest van de collectie is ondergebracht bij Batavialand, bekend van de Bataviawerf. Voor een aantal werktuigen van de voormalige Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RIJP), waaronder enkele unieke exemplaren, was geen goede plek bij het museum. De RIJP was belast met de uitvoering van het werk en had daarvoor een indrukwekkend machinepark. Op het hoogtepunt had de dienst 20.000 hectare onder de ploeg. Daar kwam wel wat materiaal en een goede planning aan te pas.
Locatie gevonden
Al langer ergerde een aantal mensen zich eraan dat sommige overgebleven werktuigen van de RIJP buiten stonden en er zienderogen op achteruit gingen. Een groepje van hen realiseerde zich dat als niemand iets zou doen, met name de kennis van het ontginnen van de landbouwgrond in de polders en van de machines die daarvoor werden gebruikt, op termijn verloren zou gaan.
In 2020 staken ze de koppen bij elkaar en in 2021 richtten zij de Stichting Polderpioniers op. De beheerders van het museum in Lelystad verleenden medewerking aan hun plannen. Al vrij snel is een locatie gevonden om machines te stallen en een bezoekerscentrum in te richten. Juli 2022 opende het centrum zijn deuren voor het publiek. Elke derde zaterdag van de maand gaat de deur open en is de verzameling te bewonderen.
Meer dan 450 donateurs
Naast de 5 bestuursleden zetten 5 vaste vrijwilligers zich in om het gebouw en het terrein te onderhouden. Ook de verzameling trekkers en werktuigen, die nog steeds groeit, vergt de nodige aandacht. Het is de bedoeling ieder jaar een trekker of een werktuig te restaureren. In de toekomst hoopt de stichting ook af en toe een demonstratie te verzorgen met materiaal van de voormalige RIJP.
In 2 jaar tijd sloten zich al 450 donateurs en een aantal bedrijven aan bij de stichting als sponsor. Die ontvangen 4 keer per jaar de publicatie Polderpraat, met veel oude foto’s en verhalen over het ontstaan van de IJsselmeerpolders. De belangstelling heeft het bestuur positief verrast. En wat ze opvalt, is dat zich donateurs aansluiten uit heel het land. Meer dan 60% van de donateurs is van buiten de polder.
Nog genoeg te doen
Aanvankelijk is er veel tijd besteed om het gebouw, een voormalige melkveestal van 50 bij 15 meter, geschikt te maken als bezoekerscentrum. In de bijbehorende werktuigenberging staat het materiaal dat een opknapbeurt kan gebruiken. Ook wordt nog gezocht naar een aantal ontbrekende stukken voor de verzameling. Een John Deere 4020, een MB Trac 1300, een County of een New Holland 8080-maaidorser zouden in de collectie niet misstaan. Een vast criterium is wel dat het exemplaren moeten zijn die bij de RIJP of zijn voorganger, de Dienst der Zuiderzeewerken, in gebruik waren. Maar ook foto’s en ander archiefmateriaal is welkom.
Auteur: Martin Smits
Gerelateerde tags: oldtimers