Klassieker | Bestaande trekker basis voor nieuw concept Deutz Intrac
In 1972 introduceerde Deutz op de landbouwtentoonstelling van DLG, de voorloper van vakbeurs Agritechnica, de Intrac 2002 bij het publiek. Een geheel nieuw concept, onderhuids gebaseerd op een Deutz D 5006. Deutz verwachtte de wereld voorgoed te veranderen met de Intrac. In 1974 verscheen de 2003 als opvolger, met een 60 pk viercilindermotor, of meer toeren met 70 pk én een verbeterde cabine.
‘De geprogrammeerde toekomst’, ‘rentabiliteit’, ‘geheel anders denken’, kopte de eerste folder van de Deutz Intrac System 2000. Apart vermeld was dat de cabinedeuren op slot kunnen en dat er een sproeier op de ruitenwisser zit!
De introductie van de Intrac was in hetzelfde jaar dat Mercedes Benz met de MB Trac 65/70 op de markt kwam. Zelfde gedachte, verschillend concept. De MB Trac had onderhuids veel weg van Unimog; Deutz gebruikte een bestaande trekker als basis.
Lees verder onder de foto
Deutz Intrac 2002 met frontmaaier
Type 2002, waar het in 1972 mee begon, was onderhuids een Deutz D 5006. Zowel met twee- als vierwielaandrijving leverbaar, en toen nog in de donkergroene kleur. Werktuigen voor frontaanbouw bestonden in die tijd nauwelijks. Fahr bouwde de KM 22-trommelmaaier om tot KM 22 F-I voor gebruik in de fronthef.
De mogelijkheid van een combinatie met frontmaaier trok zeker in Nederland een aantal kopers over de streep. Die kochten een Intrac voor zomerstalvoedering. Akkerbouwers waren wel gecharmeerd van een Intrac als zelfrijdende spuitmachine. De opbouwspuit die al vrij snel beschikbaar kwam, was redelijk snel af te bouwen. De Intrac was buiten het spuitseizoen dus ook als trekker inzetbaar.
In Duitsland hadden ze in oranje als Kommunal-uitvoering een klein marktaandeel, onder andere voor gladheidsbestrijding. Dat het zicht op een frontwerktuig bij een Intrac optimaal was – zeker vergeleken met een MB Trac die in principe dezelfde mogelijkheden had – behoeft geen toelichting.
Lees verder onder de foto
Meer vermogen in Deutz Intrac 2003
Het idee was goed. Maar al snel bleek de 51 pk driecilindermotor te licht voor veel werk waar de trekker voor werd ingezet. In 1974 verscheen de 2003 als opvolger met een 60 pk viercilindermotor, of met meer toeren met 70 pk. De cabine is verbeterd. Een lager geluidsniveau was de grootste verandering, en de voorruit kon voortaan open.
In 1978 volgde opnieuw een aantal wijzigingen. Er was een grotere bandenmaat beschikbaar en er kwam een transportversnelling bij: een 9V/4A- of 13V/4a-bak in plaats van 8V/4A of 12V/4A. De velgen werden zilverkleurig en het hefvermogen ging van 1.900 naar 2.400 kilo.
Lees verder onder de foto
Deutz Intrac 2004 toegankelijker voor onderhoud en reparaties
Een nadeel van het Intrac-concept was de slechte toegankelijkheid voor onderhoud en reparaties. In 1978 volgde daarom het type 2004 met een overzij kantelbare cabine van Sekura uit Denemarken. Het geluidsniveau ging verder omlaag.
In 1983 volgde een hogere snelheid als je koos voor de 9V/4A- of de 13V/4A-transmissie. Die presteerde maximaal 30 kilometer per uur voor de 2003 en 40 kilometer per uur voor de 2004. De motor was nog steeds hetzelfde blok, goed voor 70 pk motorvermogen. Een portaalas voor extra bodemvrijheid was optie.
Deutz Intrac 2005 met vier gelijke wielen
In 1972 toonde Deutz ook al een prototype van de Intrac 2005. Niet gebaseerd op een bestaande trekker, maar volledig nieuw ontwikkeld. Met vier gelijke wielen en een hydrostatische aandrijving. Aangedreven door een vijfcilinder van 100 pk.
De 2005 kwam in 1974 op de markt en kreeg in 1975 een opvolger in de 116 pk sterke zescilinder 2006. De hydrostatische aandrijving was relatief inefficiënt, waardoor deze trekker geen succes werd. In 1975 schrapte Deutz deze serie. De 2004 bleef nog tot 1988 in productie. De veel forsere Intrac 6.05 met vier gelijke, mechanisch aangedreven wielen zou hem opvolgen.
Lees verder onder de foto
Voorgoed de geschiedenisboeken in
Eind 1986 gingen KHD en Daimler Benz een samenwerking aan met het voornemen een nieuwe generatie systeemtrekkers op de markt te brengen onder de vlag van het Trac-Technikgesellschaft. Behalve diverse prototypen leverde dat uiteindelijk niets anders op dan dat halverwege 1988 de kleurstelling van MB Trac werd overgenomen, inclusief het lettertype voor de typeaanduiding. Het moederconcern KHD had inmiddels ernstige financiële problemen.
In de loop van 1990 viel het besluit om alleen nog beschikbare onderdelen te gebruiken, en is de laatste Intrac A gebouwd. In 1991 trok Daimler Benz zich terug uit het Trac-Technikgesellschaft en ging Intrac voorgoed de geschiedenisboeken in.
Auteur: Martin Smits
Gerelateerde tags: Trekkers