Combine Cann DoubleCut DC4510 maakt korte metten met hennepplant
De krachtige vezel van de hennepplant heeft menige machine geruïneerd. Om deze hardnekkige plant klein te krijgen en ook nog eens blad, zaad en stengel afzonderlijk te oogsten, ontwikkelde GroeNoord samen met Hempflax de combine DoubleCut DC4510. Het project is na jaren verbeteren en fijnslijpen volwassen.
“Het is bijna niet voor te stellen”, zegt Gerard Hosper, werkzaam bij GroeNoord. “In 2014 presenteerden we een prototype van de DoubleCut. Nu is er belangstelling uit de hele wereld voor onze oogstmachine.”
TREKKER is op een perceel in het Duitse Lüneburg voor een velddemonstratie met de combine DoubleCut DC4510. Het doel is mensen kennis te laten maken met zowel de teelt als de verwerking van vezelhennep. Akkerbouwers uit het Verenigd Koninkrijk, Oekraïne en zelfs Australië hebben zich rond de imposante machine verzameld. Met opgeheven header en daaronder een Kemper-bek, ziet de John Deere-combine er uit als een hongerige leeuw.
Tekst gaat verder onder de foto
Vezelhennep: gewas zonder gewasbescherming
De teelt van vezelhennep zit de laatste jaren flink in de lift, gesteund door het duurzame karakter van zowel de plant als toepassingen van de vezels. Het is een eenvoudig te telen gewas dat geen gewasbescherming nodig heeft.
Een aantal Nederlandse pioniers in de teelt herkende al snel het potentieel van vezelhennep. Een daarvan is Hempflax. Het bedrijf sloeg de handen ineen met GroeNoord om een oogstmachine te ontwikkelen op basis van een standaard John Deere-combine.
Cann DoubleCut jarenlang getest en verbeterd
Op de Lüneburger Heide staat de vezelhennep er goed bij, al is het gewas niet extreem hoog. Een combine met aanhanger en daartussen een opvoerband, baant zich een weg door het gewas. Een op een lift gemonteerde header snijdt de plantentoppen af. Deze volgen dezelfde weg door de combine zoals ook een graangewas zou doen. Het resterende deel van de plant verdwijnt in de Kemper-bek en verlaat de hakselkooi in stukken van 60 centimeter. Het zaad komt in de bunker, het blad gaat via een transportband naar de aanhanger. Het proces verloopt soepel en ogenschijnlijk eenvoudig.
Schijn bedriegt echter; binnen in de combine lopen twee productstromen die beide met beleid moeten worden geregeld. Het weerbarstige karakter van de hennepplant vraagt het uiterste van de oogstmachine. “Dat het proces soepel verloopt, is te danken aan jaren testen en verbeteren”, vertelt Gerard Hosper enthousiast. “De machine is doorlopend verfijnd en aangepast aan het extreem sterke gewas.”
Tekst gaat verder onder de video
Uitgangspunt standaard John Deere-combine
Een standaard combine is altijd het uitgangspunt geweest voor GroeNoord bij de ontwikkeling van de oogstmachine. Dat is kostprijsverlagend, want de machine is ook in andere gewassen inzetbaar. Daarnaast zijn onderdelen wereldwijd snel verkrijgbaar via het John Deere-netwerk. GroeNoord en Hempflax hebben de krachten gebundeld in Cann (Crop Ability North Netherlands). Dit bedrijf is verantwoordelijk voor de vezelhennep-oogstmachine en de teeltbegeleiding. De rol van John Deere is vooral terug te vinden in netwerk en support. De machinecomponenten zijn zo veel mogelijk van dit merk.
Als klant koop je de Cann-kit. Deze bestaat uit een speciaal ontwikkeld snijhuis, een maaibord op een lift, en een Kemper 445-bek. De kit past op John Deere-combines vanaf bouwjaar 2016. De eerste ombouw vergt twee weken. Dat betreft aanpassingen aan de combine om de lift met de bovenste header te kunnen plaatsen. Een volgende af- of aanbouw gaat een stuk sneller, dat moet binnen een werkdag te doen zijn.
Header en TFT 10-bladwagen
De bladwagen en de opvoerbanden tussen combine en aanhanger zijn recente ontwikkelingen. In de beginfase werden de plantentoppen nog met het dorswerk en de schudders van de combine gescheiden van de stengel, om vervolgens door een ventilator te worden afgevoerd. Uiteindelijk belandden ze in een naast de combine rijdende silagewagen. “Dat was een omslachtige werkwijze”, verduidelijkt Hosper. “Het gewas werd onnodig ‘mishandeld’. Je tast de biomassa aan met sapverlies als gevolg. Bovendien reed de silagewagen voortdurend bijna leeg rond, het blad heeft nu eenmaal weinig volume.”
De nieuwe TFT 10-bladwagen loopt rustig achter de combine, en is fundamenteel in het ‘one pass’ oogstproces. De eerste bladwagens waren omgebouwde Schuitemaker-voerwagens. Inmiddels levert Schuitemaker de cascobasis als standaard component.
Het maaibord, een John Deere-draper header, is geheel onder handen genomen voor de vezeloogst. Het standaard 616 R-vijzelmaaibord wordt volledig leeggehaald en omgebouwd met transportbanden. De onderdelen hiervoor zijn afkomstig van een 25 FT-draper header van dezelfde fabrikant.
Tekst gaat verder onder de foto; bekijk meer foto’s onderaan het artikel
Messen en mesframe zijn toegerust voor de taaie vezels. De afvoerbanden zijn ideaal voor een gelijkmatige invoer. “Veel aanpassingen zijn niet zichtbaar. Maar vezelhennep is genadeloos”, weet Hosper. Dat vraagt om een deugdelijke afwerking, zodat de vezels zich niet rond draaiende delen kunnen slaan. Van cruciaal belang is een soepele doorloop van het plantmateriaal door invoerhuis, opvoerelevator en retourvijzel. Het invoerhuis is toegerust op het werk door dit standaard te voorzien van extra messen.
Concentreren op onderste invoer
De oogst van veelhennep is lastig, waarbij een oplettende chauffeur vertraging kan voorkomen. De meeste actie en concentratie gaat richting de onderste invoer. Als daar iets fout gaat, kan dat betekenen dat je uren moet besteden aan het wegplukken van stengels. Het bovenste maaibord vereist minder oplettendheid.
Vanuit de cabine gezien komt er een jungle van planten op je af. Reden genoeg om altijd de gps-optie te kiezen. Bij het ontwerp is zo veel mogelijk uitgegaan van bediening met de standaard joystick en het hoofdmenu van de combine. Slechts één extra bedieningskast is opgenomen om de bladwagen en de opvoerband aan te sturen. “Een eenvoudige bediening stond altijd voorop”, aldus Hosper. De machine wordt wereldwijd verkocht en moet met een geringe training te bedienen zijn. “Wij geven altijd een operator-training, en raden ook aan om te kiezen voor teeltbegeleiding. Cann levert het eerste jaar gratis teeltbegeleiding. Vooral de rassenkeuze is belangrijk. Door vroege en late rassen te zaaien, kun je de oogst spreiden.”
Auteur: Mark Pasveer
Gerelateerde tags: Maaidorsers, Oogstmachines, Oogsttechniek