Bredere VF 710/60 R42 op velg standaard trekkerband?
De 650/65 R42-band is de populairste bandenmaat in de trekkerklasse rond 200 pk. Wie een kwaliteitsstap wil maken, stapt over naar de bredere VF 710/60 R42. TREKKER maakte een overzicht van deze bredere variant en onderzocht of je zo’n band ongestraft op dezelfde velg mag leggen.
Bij menige loonwerker of grote boer kom je op het erf een 650/65 R42-band tegen. Deze achterband is populair op trekkers van grofweg 175 tot 275 pk. Een band die niet te groot is en niet te klein. En is de band versleten, dan vervang je deze. Hoe mooi zou het dan zijn om er dan meteen een iets bredere band op te leggen? De overstap naar een flexibelere VF-band ligt dan ook voor de hand. Als je tegelijk één stapje breder wilt bij eenzelfde banddiameter, kom je uit op de eveneens steeds populairdere 710/60 R42.
Op dit moment bieden zeven fabrikanten een VF 710/60 R42 aan. Het gaat om Michelin (Xeobib en Axiobib 2), Trelleborg (TM1060), Vredestein (Traxion Optimall), Alliance (Agriflex+ 372), BKT (Agrimax V-Flecto) en Ceat (Torquemax R-1W). Daarmee is er ruime keus. Al zorgt die diversiteit er ook voor dat de eigenschappen niet bij alle banden exact gelijk zijn.
Contactoppervlak met de bodem
Dus, de 650/65 R42 is iets smaller (65 cm) en hoger ten opzichte van de iets bredere (71 cm) en plattere 710/60 R42-band met vrijwel dezelfde buitendiameter. Het verschil zit ‘m in het contactoppervlak met de bodem. Dat is niet alleen breder, maar in het algemeen heeft een VF-band de eigenschap meer in de lengte af te platten waardoor het contactoppervlak met de bodem aanzienlijk groter is. Dat vermindert bodemverdichting en zorgt voor meer grip op grond onder zachte omstandigheden, zoals bij ploegen of zaaien.
Daarnaast zijn het VF-banden (Very Flexible), die meer gewicht mogen dragen bij een lagere spanning. Dat levert niet alleen voordelen op in het veld, maar zorgt ook voor meer comfort en een lager brandstofverbruik.
Lees verder onder foto’s, tabel en kader

Velgen vaak herbruikbaar
Op basis van het marktoverzicht (zie tabel hieronder) mag je concluderen dat vier fabrikanten dezelfde velgmaten toestaan bij de overstap van 650/65 R42 naar VF 710/60 R42. Rijd je met Alliance VF 650/65 R42 met de velgmaat DW23B, dan past een Agriflex+ 372 VF 710/60 R42 er ook onder. Michelin schrijft bij de Axiobib 2 in 650/65 R42 de velgmaat DW23B(A) voor. Diezelfde maat mag ook onder de VF 710/60 R42. Vredestein doet hetzelfde; de Traxion Optimall 650/65 R42 staat op DW23B, die eveneens toegestaan is bij de VF 710/60 R42. BKT sluit daarbij aan; de Agrimax V-Flecto 650/65 R42 gebruikt ook DW23B die geschikt is voor beide maten.
Dat betekent dat de overstap vaak kan zonder nieuwe set velgen, mits de bestaande velgen de juiste DW23B- of DW23B(A)-specificatie hebben. Dat maakt de stap niet alleen technisch haalbaar, maar ook financieel aantrekkelijk.

Velgkeuze en spanning
Zoals gezegd, de velgkeuze is van doorslaggevend belang. Iedere fabrikant geeft per bandenmaat een duidelijke richtlijn: een aanbevolen velgmaat en daarnaast één of meerdere toegestane alternatieven. De aanbevolen velgmaat wordt beschouwd als de ideale maat, omdat deze de beste ondersteuning en prestaties van de band waarborgt. Een toegestane velgmaat geldt als alternatief, maar is technisch gezien een compromis.
In de praktijk komt het vaak voor dat een bredere band wordt gemonteerd op een iets smallere velg. Hoewel dit in theorie mogelijk is, brengt het ook risico’s met zich mee. Wanneer een band op een smallere velg wordt geplaatst en je daarbij op lage spanning rijdt, kan de stabiliteit verminderen. In extreme gevallen kan de band zelfs van de velg lopen in een scherpe bocht of bij zware belasting. Bij VF-banden is dit risico nog groter, omdat daar de kracht juist ligt in het kunnen functioneren op lagere bandendruk.
Om die voordelen veilig te benutten is een bandendrukwisselsysteem vrijwel onmisbaar. In het veld kun je de spanning verlagen om de bodem te sparen en grip te vergroten, maar tijdens transport op de weg moet de spanning weer omhoog om het karkas te beschermen tegen schade.
Daarom voorzien fabrikanten hun klanten altijd van uitgebreide spanningstabellen. Deze geven exact aan welke bandenspanning hoort bij een bepaalde belasting en snelheid, zodat banden onder alle omstandigheden optimaal en veilig presteren. Het negeren van deze richtlijnen kan grote gevolgen hebben, want onderspanning blijft één van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige bandenschade en onnodige slijtage.
Voorloop cruciaal
Toch is overstappen niet zo eenvoudig als het klinkt. Iedere band heeft zijn eigen afrol-omtrek. Dat is de afstand die de band bij één omwenteling aflegt. In combinatie met de aandrijflijn van de trekker bepaalt dit de voorloop van de machine. De voorloop van een trekker is de vaste overbrengingsverhouding tussen voor- en achteras die ervoor zorgt dat de voorwielen bij ingeschakelde vierwielaandrijving altijd iets sneller lopen dan de achterwielen. Voor trekkers met vierwielaandrijving moet die voorloop tussen 1 en 4% liggen. Komt die waarde daarbuiten, dan slijten banden sneller en raakt de aandrijflijn overbelast. Dat kan kostbare schade veroorzaken.
In de praktijk wordt die fout regelmatig gemaakt. Een boer vraagt om bredere banden en die worden dan gemonteerd, zonder controle of de voorloop nog klopt. Volgens Edwin van den Brand, vertegenwoordiger van bandenleverancier Profile, is dat vragen om problemen: “Als de voorloop niet klopt, gaat de aandrijflijn eraan. Dat zie je vaker dan je denkt. Het zijn dure reparaties die je had kunnen voorkomen.”
Auteur: Annelies Bakker
Lees ook: Zo werkt geïntegreerd bandenspanningswisselsysteem VarioGrip van Fendt
Gerelateerde tags: Banden, Bodemverdichting, VF-banden