Klassieker | Massey Ferguson 2745 ontworpen voor 200 pk

Tot 1976 was bij Massey Ferguson de 1155 met 140 pk aan de aftakas de zwaarste tweewielaangedreven trekker in het programma. Die kreeg toen twee grotere broers, de 2770 en 2800, met respectievelijk 160 en 190 pk. Beide ook met een Perkins V8-motor. De 1155 werd in 1978 opgevolgd door de 2745.

De 8,8 liter Perkins AV8.540-motor bleef gehandhaafd, maar de uiterlijke verschijning van de 2745 was gelijk aan die van de 2770 en 2800. Tegelijk met de Massey Ferguson 2745 werden die opgevolgd door de 2775 en 2805, in essentie dezelfde trekkers. Technisch gezien is de cilinderinhoud van de motor het grote verschil. 8,8 liter voor de 2745 en 10,5 liter voor de 2775 en 2805. Belangrijkste verschil tussen de 2805 en 2775 is de turbo.

Lees verder onder de foto’s

De motor van de Massey Ferguson 2745 is een Perkins V8. Feitelijk is dit de motor van zijn voorganger, de Massey Ferguson 1155, en origineel zonder turbo.

Deur met zijraam als één geheel

Zoals John Deere zich in de Verenigde Staten al vanaf 1972 onderscheidde met het eigenzinnige ontwerp van de SG2-cabine, koos Massey Ferguson in 1976 voor een concept met deur en zijraam aan de linkerkant uit één stuk – voor maximaal zicht en maximale toegankelijkheid voor de chauffeur. In totaal 4,7 vierkante meter aan glas rondom. Het geluidsniveau was met 82 dB(A) nog relatief hoog, vergeleken met dat van concurrenten.

Al in 1974 was de keuze voor een deur met zijraam als één geheel ook al gemaakt voor de Europese 500-serie, die in 1976 op de markt kwam. Het model van de cabine van de Amerikanen en ook het interieur, inclusief de console voor de versnellingspoken aan de rechterkant naast de stoel, is in 1980 in Beauvais overgenomen voor de nieuwe Europese 2000-serie.

Het uiterlijk van de Amerikaanse MF 2000-serie is heel anders dan dat van zijn voorgangers. Kenmerkend zijn onder andere de luchtroosters aan de beide zijden van de motorkap.

Trouwens, de nieuwe 8S-serie die in 2020 op de markt kwam grijpt weer terug op dat concept van de cabines van de Amerikanen uit 1976. Weliswaar heel anders ontworpen en met een interieur dat in niets meer doet denken aan bijna een halve eeuw geleden, maar de gelijkenis valt niet te ontkennen.

Het schakelen gebeurt vanuit de zijkant van de transmissie. Een constructie die overeenkomt met de latere MF 2000-serie trekkers uit het Franse Beauvais.

Twee transmissies

De achtcilinders waren verkrijgbaar met twee typen transmissies: acht versnellingen vooruit, geschakeld in een dubbel H-patroon, óf hetzelfde schakelpatroon in combinatie met een drietraps powershift. De trekker krijgt daardoor 24 versnellingen. Achteruit in beide gevallen zes versnellingen. Dat wordt geschakeld met een mechanische omkeerkoppeling. De 2745 is, door de aftakaspomp te wisselen, te schakelen tussen 540 en 1.000 toeren per minuut. Bij de 2775 en 2805 is 1.000 toeren de standaard.

Opvallend is de keuze voor de hydrauliek: de eerdere achtcilinders 1150 en 1155 hadden een closed center hydraulieksysteem met een zichzelf traploos regelende plunjerpomp. De 2000-serie werkt weer met open center tandwielpompen.

De imitatie notenhouten bekleding van dashboard en consoles moest de 2000-serie een luxe uitstraling bezorgen. Rechts boven op de schakelconsole de hendel voor de mechanische omkeerschakeling.

Diverse modificaties

De motoren zijn aanvankelijk met CAV-brandstofpompen geleverd. Daarna met een Bosch-pomp, naar verluidt de betere keuze. De CAV-pompen waren geneigd ‘van tijd te gaan’ waardoor er gaten in de zuigers brandden. Het Bosch-systeem had ook een beter filtersysteem.

Vanaf serienummer 9R 4478 waren er diverse modificaties. Onder andere aan de powershifttransmissie, die vooral bij de eerste modellen problemen gaf. Opschakelen was geen punt, terugschakelen veroorzaakte problemen door de massatraagheid van de trekker. Het powershiftmodel had aanvankelijk vier, daarna zes versnellingen achteruit, maar er waren destijds ook kits beschikbaar om de drietraps powershift om te bouwen naar een schakelbak met acht versnellingen. M&W leverde voor de aftermarket ook wel turbosets.

De MF 2000-serie was er met en zonder drietraps powershift. Allemaal hebben ze een dubbel H-patroon als basis van de transmissie.

De achtcilinders bleven tot 1983 in productie. Daarna was het bij Massey Ferguson in de Verenigde Staten gedaan met de zware tweewielaangedreven trekkers. Tegelijk met de achtcilinders waren er ook twee kleinere zescilindermodellen met dezelfde achterbrug en cabine: de 100 pk sterke 2675 en de 120 pk 2705. De ene trekker zonder, de andere met turbo.

Auteur: Martin Smits

Bekijk en vergelijk Massey Ferguson-trekkers op Trekkeronline