Kopeggen en zaaien in één werkgang met zelfbouw-maiszaaicombinatie
De wens om zelf mais te gaan zaaien speelt al langer bij sleutelaar en melkveehouder Cors Oudijk in Strijen (Z.-H.). Vanwege lockdowns in de winter van 2019-2020 heeft hij de tijd om het lasapparaat te pakken en begint hij aan een zelfbouw-maiszaaicombinatie.
Jaarlijks verbouwt Cors Oudijk zo’n 20 hectare snijmais op het ouderlijk melkveebedrijf in Strijen, dat hij samen met ouders en zus in maatschap voert. Tijdens het klaarleggen van maisland bedenkt hij dat maiszaaien ook prima in eigen beheer kan. Daarom gaat hij in 2019 op zoek naar een zaaimachine.
Tekst gaat verder onder de foto
Achtrijige Kleine Multikorn-zaaimachine uit 2004
Oudijk vindt een achtrijige Kleine Multikorn-zaaimachine uit 2004 met elektrische aandrijving. De elektrische aandrijving van de schijven is een must. Deze heeft minder slijtage dan een mechanisch aangedreven machine, zo beredeneert de sleutelaar. Daarbij kan hij ook op gerende percelen overlap voorkomen met sectieschakeling.
Lees ook: Elektrische aandrijving is de norm in precisiezaaiers
De zaaimachine komt na het zaaiseizoen van 2019 op het erf en moet nog even wachten tot voorjaar 2020. In die winter belanden we wereldwijd in een lockdown vanwege het coronavirus. Daardoor heeft Oudijk onverwacht meer tijd in de werkplaats te spenderen. Het idee om met één trekker te kunnen kopeggen en zaaien, zat al in het hoofd. Nu is er tijd voor de uitvoering.
Inspiratie van een aardappelpootcombinatie
Het bedrijf beschikt al over een 6 meter brede Celli-rotorkopeg. Achter deze kopeg moet de zaaimachine komen. In eerste instantie is het plan om de zaaimachine te halveren en rechtstreeks aan de twee opklappende kopeggen te monteren. Echter, dan heb je hem er altijd aan hangen, ook wanneer je niet hoeft te zaaien. Dat ziet de melkveehouder niet zitten.
Oudijk bedenkt een getrokken combinatie die als een soort zwanenhals aan de kopeg koppelt. Oudijk laat zich inspireren door een Belgische akkerbouwer die een achtrijige Grimme-aardappelpoter met een zwanenhals achter een 6 meter brede beddenfrees heeft hangen. Zo blijft de draaicirkel beperkt. Net als de aardappelpoter moet ook dit wielstel kunnen sturen zodat het spoorvolgend is.
Tekst gaat verder onder de foto
Basis is oude hefmast en combine-achteras
Voor de getrokken werktuigendrager gebruikt de sleutelaar vooral onderdelen die al op de voorraadplank liggen. Tandwielkast, hydromotor en magneetventielen van oude machines of eerdere projecten liggen er nog. Een oude hefmast die Oudijk van een kennis kon overnemen, vormt de basis van de constructie. Onder het frame komt een achteras van een New Holland-combine die Oudijks vader bij een lokaal mechanisatiebedrijf tegenkomt. De spoorbreedte wordt verbreed en komt uit op 2,90 meter. Zo lopen de wielen precies tussen twee elementen en zaait de machine op onbereden grond.
De lengte en hoogte van het frame en de positie van het wielstel is zo gemaakt dat de kopeg onder het frame door kan draaien. Zo kan Oudijk ook de hoeken van het perceel inzaaien. Daarvoor stuurt hij de zaaimachine haaks opzij en maakt hij met de kopeg de hoek van het perceel klaar. Als hij 8 meter vooruit is gereden staat de zaaimachine (vanwege de sturende achteras) al recht achter de kopeg. Vervolgens steekt hij even achteruit en haalt hij met de zaaimachine het hoekje op en vervolgt zijn werkgang langs de rand van het perceel.
Elektrisch-hydraulische bediening
In de cabine hangt een kastje met schakelaars en twee meters. De schakelaars bedienen magneetventielen achter op de drager. Drie dubbelwerkende ventielen zijn nodig om de hele zaaicombinatie te gebruiken. Eén voor het in- en uitklappen van de kopeg, één voor de hydromotor, die dient als bloweraandrijving, en één voor de overige functies.
De aandrijving van de blower van de zaaimachine gaat hydraulisch. Deze zit aan een versnellingskast gekoppeld die van een oude strohakselaar stamt. Die versnelt het lage toerental van de hydromotor vijf keer, waarmee hij rond 540 toeren per minuut maakt. Oudijk bestelde via AliExpress een sensor waarmee hij binnen in de cabine het aftakastoerental van de zaaimachine in de gaten kan houden. De sensor heeft hij vóór de montage geijkt op de aftakasstomp van de trekker om te controleren of-ie correct meet.
Tekst gaat verder onder de foto
Tussen de hydromotor en de ingaande as van de tandwielkast zit een kettingkoppeling. Ook tussen de uitgaande as en de aftakas zit zo’n koppeling. Door de lichte spelingsmogelijkheid van de duplex-ketting en de kettingwielen heffen ze kleine uitlijningsfoutjes op, waardoor de lagers en de tandwielen niet in gaan lopen.
De olie die naar de stuurcilinders gaat, wordt flink gesmoord vanwege de hoge olieflow. Die is nodig om het uitheffen van de zaaimachine vlot te laten gebeuren.
Stuurhoeksensor van een boot
Tijdens het zaaien maakt Oudijk gebruik van AgOpenGPS, dat hij zelf maakte en opbouwde. Daarmee kan hij met een RTK-correctie op 2 centimeter nauwkeurig zaaien. De werktuigendrager moet wel altijd recht achter de kopeg volgen om afwijkingen tussen de sluitrijen zo veel mogelijk in te perken.
Tekst gaat verder onder de foto
Om zeker te weten dat het wielstel recht staat, plaatst Cors een roerstandgever op de spoorstang. Die sensor komt van een boot af, en is bedoeld om de stand van het roer te meten. De sensor is verbonden met een meter op de bedieningskast. Tijdens het zaaien moet de meter in het midden op 0 staan, zodat hij recht achter de kopeg volgt.
Tekst gaat verder onder de foto; bekijk meer foto’s onderaan dit artikel
De spoorstang is overigens al flink verzwaard: de originele hield de krachten niet, en stond rond als een hoepel nadat hij het erf op draaide. Een dubbele vierkante koker houdt de krachten wel. Op de vraag of er op de constructie sterkteberekeningen zijn losgelaten, lacht de sleutelfanaat. “Nee hoor, gewoon zwaar genoeg maken en zorgen dat alles geen kant op kan. Daarom heb ik op het gedeelte waar de meeste krachten komen, de achteras, voldoende schoren erin gelast”, antwoordt Cors.
Dit jaar wordt het derde zaaiseizoen met de combinatie. In principe is de sleutelaar tevreden met de machine, al is het sturen wat lastig omdat het draaipunt ver naar voren zit. De trekboom zit in een bocht dan al snel tegen de kopeg aan. Ook mag de kouterdruk van de zaaimachine wel wat hoger, om dieper te kunnen zaaien in zware grond. Een likje verf staat voorlopig niet op de planning.
Auteur: Jacco van Erkelens
Lees meer over zaai- en poottechniek in digitale TREKKER nr. 414 (maart 2023)
Gerelateerde tags: Zaai- en pootmachines, Zaaien en Poten, Zaaimachines