USA | TJ Steele werkt met ’s werelds grootste rondebalenpers en giga maaier
Een bezoek aan het loonwerkbedrijf van TJ Steele vergeet je niet zomaar. Steele wenste de grootste rondebalenpers ter wereld, dacht ’m uit en liet twee van deze persen bouwen. Ook gebruikt Steele één van ’s werelds grootste maaiers. Hij doet momenteel zijn standaardtrekkers van de hand en laat elf Terra Gator-driewielers ombouwen tot trekkers. Een reportage.
TJ Steele is iemand met wie je uren kunt praten. Dat is niet alleen omdat hij een eigen kijk heeft op de zaken en rustig de tijd neemt om die te delen. Maar ook omdat hij (grote) daden bij zijn woorden voegt. Dat bewijst het vertrek van een handvol John Deere-trekkers.
Geen nieuwe trekkers meer voor Steele: hij laat elf ‘oude’ zelfrijdende kunstmeststrooiers ombouwen tot trekkers – de eerste vijf zijn al in gebruik. Bovendien wilde hij een gigantische rondebalenpers, bedacht hoe die eruit zou moeten zien en liet er twee bouwen. Tenslotte gebruikt Steele een bijzondere zelfrijdende maaier waarvan er maar één gebouwd is.
Niet meer, maar grotere machines
TJ, zoals Timothy James (40) graag genoemd wil worden, runt een loonbedrijf in het noorden van de Amerikaanse staat Texas. Zijn werk bestaat vooral uit maaien, harken en veel balen persen. Om dat laatste in getallen uit te drukken; afgelopen jaar maakte zijn bedrijf 87.000 vierkante balen, ruim 12.000 ‘normale’ ronde balen en 20.000 ‘giga’ ronde balen. Steele: “Volgens machinefabrikanten is de oplossing simpel; koop een paar extra balenpersen en trekkers en doe het werk. Maar dat wil ik niet. Dat betekent ook dat ik meer gekwalificeerde mensen moet verzamelen. Ook de randzaken stapelen zich dan op: organisatie, huisvesting, telefoons, extra bedrijfsauto’s et cetera.”
TJ Steele zocht naar méér capaciteit met één machine. Bij het zien van katoenplukkers vatte hij het idee om een gigantische rondebalenpers te ontwikkelen. Zijn doel is om komende herfst met vijf medewerkers in 60 dagen tijd ruim 45.000 ton maisstro te persen. Dan is er één persoon aan het maaien, één aan het harken, één verzamelt balen en twee rijden er met de giga-balenpersen.
Tekst gaat verder onder de video
Eenvoudig concept
Steele legt uit dat hij geen grootpakpers met grotere capaciteit overwoog. “Voor veel chauffeurs is een grootpakpers een nachtmerrie. Je hebt een knoperstoring en dan moet je bovenop de pers klimmen – in de brandende hitte en het jeukende stof”, vertelt de loonwerker, die onlangs wel vier nieuwe New Holland-grootpakpersen kocht. “Als de werkdagen écht lang worden, gaat dat werk gauw tegenstaan. Het concept is gewoon lastig: stro in een vierkante koker stoppen en aanpersen. Een rondebalenpers is veel gemakkelijker. Dat rolt.”
Eén grote rondebalenpers neemt het werk van twee à drie grootpakpersen uit handen. Gemiddeld rollen er 20 tot 30 balen per uur uit. Een cyclus van lossen tot lossen neemt minder dan 2 minuten in beslag. De eerste pers heeft nu twee seizoenen gewerkt (2019 en 2021) en heeft al zo’n 1.500 balen gemaakt. Dat staat volgens Steele omgerekend naar tonnage gelijk aan 7.200 ‘normale’ balen.
De eerste pers is in vijf jaar tijd ontwikkeld en in één jaar gebouwd door Vogel Engineering in Holton, Michigan. Vogel is bezig met het assembleren van de tweede balenpers. Vogel bouwt normaal wortel- en augurkenoogstmachines. Steele en Vogel leerden elkaar kennen door de aanschaf van de maaier – waarover straks meer. “Wayne Vogel is de intelligentste persoon die ik ooit heb ontmoet”, vertelt Steele. Vogel bouwde de maaier, de giga-persen en nu ook de Terra Gator-trekkers.
Tekst gaat verder onder de foto; bekijk nog veel meer foto’s onderaan dit artikel
Zware balen
TJ Steele gebruikt de giga-rondebalenpers alleen om in het najaar maisstro te persen. Dan gaat het om het residu ná de maisoogst. De perskamer is 2,75 meter hoog en 2,75 meter breed. De balen wegen 2.300 tot 2.500 kilo – de eerste testbaal woog 3.800 kilo. Steele ruimt ze van het land met een shovel of zelfladende balenwagen afkomstig uit de katoensector, waar dit formaat balen normaal is. Het verwerken van de balen – met een grote stationaire strohakselaar – doet Steele ook in loonwerk.
De balenpersen zijn bijna 5 meter breed – geen enkel probleem op de wegen in Texas. De curvebaanloze pick-up met naar achteren gebogen tanden is ruim 3,60 meter breed, de zwaden zijn doorgaans 2 tot 2,5 meter breed. Steele kocht een John Deere-rupstrekker op die spoorbreedte. De perscombinatie rijdt echter vrij veel over de weg en daar zijn de rupsen niet geschikt voor. Een 8R-wieltrekker op grote spoorbreedte ziet TJ niet zitten, vanwege de hoge oplegdruk. “Eigenlijk wilde ik een zelfrijdende balenpers. Maar ik wil eerst weten of de pers werkt. Daarna ga ik pas meer geld investeren in de ontwikkeling van een zelfrijder”, legt hij uit. Inmiddels staat er een heel andere trekker voor de pers – straks meer daarover.
Eerst werkte de pers met drie extreem brede riemen, maar het viel de bouwers niet mee om die op de juiste plek te houden. Nu telt de perskamer veertien riemen die naar wens zijn gemaakt. Normale riemenpersen gebruiken 3 ply. De giga-pers gebruikt 5 ply om een grotere persdichtheid te halen – met twee dikke hydraulische cilinders wordt met ruim 800 kilo aan de riemen getrokken.
Steele houdt van hydraulische aandrijvingen, omdat deze volgens hem eenvoudig werken. Er zijn daarom maar twee kettingen te vinden: de onderste aandrijfrol (daar is geen ruimte voor een hydromotor) en de bovenste aandrijfrol. Die laatste is extra. Vanwege kostenbesparing is gekozen voor een ketting.
De pers bindt met een combinatie van net en touw. Steeles ervaring is dat ronde balen wel eens uitzetten en dat daardoor het net kapot scheurt. Het touw moet dat uitzetten voorkomen. Er zijn overigens geen knopers – de twaalf touwen worden er bij het net ingevoerd. Dat werk als volgt: het net wordt eerst ingevoerd, dan gaat het touw mee, na een paar rondes wordt het touw doorgeknipt en daarna het net. Zo blijven er geen touwresten achter.
Geen moderne trekkers meer
Genoeg over de pers. Over naar de trekkers – want daar is ook veel over te vertellen. Als je TJ Steele vraagt naar zijn ervaring met moderne trekkers, volgt een heel betoog.
Voorheen werkte Steele met dertien Case IH-trekkers, maar na een geschil arriveerden acht nieuwe John Deere-trekkers. “Maar het businessmodel van John Deere past niet bij het mijne. John Deere is erop gericht dat je jaarlijks vernieuwd, daardoor blijf je betalen”, begint hij. “En dan garantie. Moet ik dan twee keer betalen om een betrouwbare trekker te krijgen?”, vertelt TJ vol onbegrip. “Het frustreert me echt. Met garantie verkopen ze een angstfactor; niemand wil dat een dure transmissie kapotgaat. John Deere zegt dat ze achter hun product staan, maar wij betalen dat.” Steele kocht dus zonder garantie en is open over zijn kosten. In één jaar tijd betaalde Steele omgerekend € 217.000 aan reparatiekosten. Drie kapotte traploze transmissies hadden daarin het grootste aandeel.
TJ Steele zegt veel respect te hebben voor machinefabrikanten, maar is ook kritisch. “Als ze al 50 of zelfs 100 jaar lang machines bouwen, dan hebben ze toch geen excuus meer om niet de beste machines ooit te maken?”, stelt Steele. “Weet je wat het is? Iedereen wil nieuwe trekkers rijden en nieuwe balenpersen hebben. Ik wilde dat ook”, vertelt TJ terwijl hij een foto opzoekt waarop zijn vijftien nieuwe Case IH Magnum-trekkers met balenpersen op een rij staan. “Ik kan je vertellen: het is de meest lege droom ooit. Er verandert écht niets hoor. Ook al is de machine gloednieuw; dingen gaan kapot en aan het eind van de dag moet je nog steeds persen.
Hij vervolgt: “Moderne trekkers zijn té duur, té complex en hebben té veel storingen. Ik heb het uitgerekend: in zeven jaar tijd heb ik € 3,3 miljoen afgeschreven op nieuwe machines. Ik heb eens kritisch gekeken naar de afgelopen tien jaar en mijzelf de vraag gesteld wat er moet veranderen om de komende tien jaar te blijven bestaan”, zegt Steele. “Ik zei tegen Vogel: koop zoveel mogelijk Terra Gators als je kunt vinden en maak er voor mij simpele trekkers van.”
In november 2021 arriveerde de eerste tot trekker omgebouwde Terra Gator. Inmiddels zijn er vijf op het bedrijf. Eind 2022 werkt Steele met elf van die trekkers. Er blijven nog drie ‘gewone’ trekkers voor specifieke werkzaamheden.
Tekst gaat verder onder de foto; bekijk nog veel meer foto’s onderaan dit artikel
Balen verzamelen met comfortabele ‘floater’
De zogeheten ‘floaters’ kwamen in beeld toen Steele zocht naar een trekker voor het verzamelen van balen. Daarbij wordt dwars op de rijrichting van het perceel gereden – en dat is niet comfortabel.
Steele probeerde het eens met een oude Case IH-driewieler. Zo’n floater, vaak gebruikt als zelfrijdende kunstmeststrooier, rijdt volgens hem heel comfortabel. Zo ontstond het idee om alles met ‘oude’ kunstmeststrooiers te doen. Zo’n trekker kost, inclusief het moderniseren en inbouwen van een aftakas omgerekend € 120.000 tot € 130.000. Steele: “Dat is ook niet goedkoop. Maar voor dat geld koop je nergens een trekker met 425 pk die ruim 70 kilometer per uur rijdt over de weg.”
Steele focust zich nu vooral op Ag-Chem Terra Gators met een bouwjaar van om en nabij 2010. Die hebben nog weinig emissietechniek; geen AdBlue, geen uitlaatgasrecirculatie. Er past echter wel een aftakas op.
Twee Terra Gators zijn omgebouwd tot vierwielers – die zijn bijna 5 meter breed en bedoeld om het soms 2,5 meter brede zwad onbereden te persen. De andere blijven driewielers. Steele probeerde het bij wijze van test. In sommige gewassen blijkt het een voordeel als het neuswiel het zwad alvast in elkaar drukt.
Tekst gaat verder onder de foto; bekijk nog veel meer foto’s onderaan dit artikel
Maaier uit Michigan
Voor de foto haalt TJ Steele zijn zelfrijdende maaier erbij. Het is de enige in zijn soort; Vogel Engineering bouwde er één van in dit formaat. De avond ervoor troffen we Steele toen hij daarmee een 50 hectare groot, rond perceel aan het maaien was. In iets meer dan drie uur tijd heeft hij het perceel afgemaaid. Met een normale ‘swather’, een zelfrijdende zwadmaaier zoals de Amerikanen vaak gebruiken, zou hij hier een dag werk hebben. “Deze maaier is de beste investering die ik in mijn leven heb gedaan. In feite bedien ik in mijn eentje drie swathers”, legt hij uit. Hij zat zelf praktisch alle 1.550 draaiuren op de machine.
Tekst gaat verder onder de video
De machine maait ruim 14 meter breed en bestaat uit drie standaard, hydraulisch aangedreven Case IH-maaiborden. “Ik heb de vraag naar een bredere machine wel vaker neergelegd bij swather-fabrikanten. Zij zeggen dan dat ik sneller moet rijden”, vertelt Steele. “Maar de grond is hier zó ongelijk dat het simpelweg niet mogelijk is om sneller te rijden.”
Op het ronde perceel met centerpivot-beregening is de snelheid beperkt tot ruim 11 kilometer per uur, waarmee zo’n 16 hectare per uur wordt gemaaid. In betere omstandigheden haalt TJ een capaciteit van 20 tot 24 hectare per uur. Zijn record ligt op ruim 30 hectare in één uur.
Vervoeren op een dieplader
TJ Steele vond de zelfrijder op internet. “Ik kijk veel online, en ben dan op zoek naar betere oplossingen”, vertelt hij. Zo zag hij dat Vogel een kleinere, soortgelijke maaier had gemaakt. Toen Steele contact opnam bleek de bouw van deze giga-machine al klaar te zijn. Vogel zag een markt en bouwde de 14 meter brede maaier uit eigen initiatief. Lang verhaal kort: Vogel besloot de machine bij wijze van proef naar Texas te transporteren. De maaier mocht blijven, al deed Steele wel wat aanpassingen.
Jaarlijks maait Steele 8.000 hectare. De machine is voorzien van achterwielbesturing, zodat er geen strepen tussen de drie maaidelen blijven staan bij een stuurbeweging. Op de weg draait de cabine om en sturen dus de voorwielen. De hydraulisch aangedreven machine rijdt niet sneller dan 30 kilometer per uur. Daarom heeft TJ een speciale dieplader laten maken waarmee hij de machine snel kan vervoeren. Van wiel tot wiel is de giga-maaier bijna 5 meter breed en hij weegt 22,3 ton. Er ligt een 560 pk sterke John Deere 13,5 liter motor onder de kap.
Tijdens het maaien speelt Steele constant met de drukontlasting op de maaiers en varieert hij de rijsnelheid; sturen doet de Trimble-gps. Vanuit de cabine houdt hij zijn socialemediakanalen bij. “Ik wil mensen graag iets leren of iets uitleggen. Als ik de boel kon verkopen en les zou kunnen gaan geven, zou ik dat wellicht doen”, zegt Steele gekscherend. Hij is actief op zijn persoonlijke account, en onder de naam Born2Farm.
Auteur: Bob Karsten
Lees meer USA-artikelen in het digitale TREKKER-themanummer Roadtrip USA