Een overlaadband van de Duitse machinebouwer Becklönne, Lademonster genaamd, brengt een deel van de mais nu over op vrachtwagens. Kanters wil zo de transportkosten verlagen en modderige wegen voorkomen, evenals vervuiling van de mais. TREKKER nam een kijkje bij de machine.
Een zacht brommend geluid van een (bijna) stationair draaiende Valtra M150 komt ons tegemoet bij aankomst op de overlaadlocatie. Een overlaadband laadt in alle rust een walking-flooroplegger vol. Het ‘Lademonster’ is sinds enkele dagen in bedrijf bij de loonwerker in het Brabantse Uden. Maar overladen is niet nieuw voor Kanters. Tot afgelopen jaar zette hij bij langere transportafstanden een kraan en een shovel in om de mais op vrachtwagens te laden. Een verharde ondergrond dicht bij het perceel is dan een vereiste, maar in de praktijk bleek deze lang niet overal voorhanden. Gevolg: overladen op soms onverharde ondergrond, met risico op vermenging met grond. Daar maak je een veehouder niet blij mee. Daarnaast waren twee chauffeurs en twee machines er druk mee. Het Lademonster zou uitkomst moeten bieden.
Lees verder onder de foto
Voor transport over de weg tilt de hef de machine op. Het Lademonster heeft een vaste dissel met een draaibare tweepuntsaanspanning voor bevestiging in de hefarmen van de trekker. Aanpikken en wegrijden is een fluitje van een cent.
De trekkerchauffeur rijdt rustig zijn volle vracht mais achteruit de rijplaten op, om deze te lossen op de transportband. De persoon die het Lademonster bedient geeft hem daarbij aanwijzingen. Met de wielen tegen het voorschot aanrijden is in dit geval niet noodzakelijk; de kiep- en silagebakken steken achter voldoende uit. De twee drie-assige combinaties met silage- en kiepbakopbouw blijken beide prima via de opening te kunnen lossen. Zowel kiepen als leegdraaien gaat probleemloos via de 3,6 meter brede opening.
De twee oprijplaten aan de voorkant van de machine zorgen voor voldoende stabiliteit voor de wagens tijdens het lossen. Voordeel is dat er geen diepe wielsporen ontstaan tijdens het in- en uitrijden van de wagens. Een veer maakt handmatig op- en uitklappen mogelijk. Ondanks de veer blijken deze oprijplaten toch behoorlijk aan de zware kant. Tijdens het verplaatsen van het Lademonster en het daarbij optillen van de rijplaten is een tweede persoon wel handig. In de praktijk is dat geen probleem, als de laatst geloste chauffeur hier even bij helpt.
Lees verder onder de foto
De doorrijhoogte van 5,5 meter is ruim voldoende voor trailers. De klep aan het eind van de band is hydraulisch te bedienen met de afstandsbediening. Handig detail: de verlichtingsbalk achterop klapt automatisch naar achteren bij het optillen van de band.
Aan de voorkant zorgen drie rubberen flappen dat de mais niet overstroomt tijdens het lossen. Op aanwijzing van de Lademonster-machinist lost de trekkerchauffeur gedoseerd zijn vracht. De transportband bestaat uit één geheel en heeft meenemers die het product naar boven begeleiden. De band is 2,6 meter breed over de volle lengte. Het brede, voorste deel versmalt van 3,6 naar die 2,6 meter. De versmalling leidt niet tot ophoping van mais. Het lossen is te vergelijken met een stortbak. De band en zijschotten zijn dicht, zodat morsen nauwelijks aan de orde is. Dat maakt de machine ook geschikt voor het overladen van andere producten, zoals aardappelen en zelfs erwten.
Lees verder onder de foto
Op het chassis zit een eigen hydrauliekvat. Een aftakas-aangedreven hydrauliekpomp aan de trekker pompt de olie rond. Optioneel is een losse motor van 55 kW leverbaar.
Terwijl de trekker lost, wordt de vrachtwagen geladen. De Lademonster-machinist geeft aanwijzingen aan de vrachtwagenchauffeur over het voor- of achteruit rijden om de oplegger goed vol te krijgen. Door de afstandsbediening is de machinist flexibel. Hij kan daar gaan staan waar hij gemakkelijk kan communiceren met zowel de trekker- als de vrachtwagenchauffeur. Aan- en uitzetten van de band en bedienen van de klep aan het eind van de band kan allemaal met de afstandsbediening. De klep maakt iets links en rechts doseren in de trailer mogelijk om hem goed vol te krijgen. Tevens voorkomt dit dat losse mais wegwaait bij laden tijdens harde wind. Met een maximale doorrijhoogte van 5,5 meter kan een trailer makkelijk onder de losband komen. Ook een kop erop laden is mogelijk. Wenselijk zelfs, aangezien losse mais snel inzakt bij op en neer rijden of remmen.
Lees verder onder de foto
De machine is volledig te bedienen met een afstandsbediening. De Lademonster-machinist kan daar gaan staan waar hij het beste zicht op het werk heeft.
Even wat cijfers op een rijtje. De overlaadcapaciteit van mais ligt op 110 tot 120 ton per uur. Dat betekent dat bij een constante aanvoer een 90-kuubs trailer in ongeveer 15 minuten vol zit. Dat is inclusief wisselen van kieper of silagewagen, aangezien er twee volle wagens nodig zijn om een trailer te kunnen vullen. Het Lademonster is volledig hydraulisch aangedreven. Dat gaat met een aftakas-aangedreven Sauter-hydropomp, bevestigd aan de trekker. Optioneel is een stationaire motor van 55 kW. Kanters heeft hier niet voor gekozen, omdat er toch een trekker nodig is om de machine te verzetten en deze dus ook beschikbaar is voor de pomp. De 150 pk sterke Valtra M150 heeft geen moeite om de machine aan te drijven en draait nagenoeg stationair. Bijkomend voordeel is dat het weinig herrie maakt.
Trailers vanaf het begin goed volladen voorkomt dat de vrachtwagen terug moet rijden om bij te laden. Losse mais zakt snel in bij beweging, dus laden met een flinke kop is een vereiste. Wanneer er geen vrachtwagen aanwezig is, kan de overlaadband even als buffer dienen. Je kunt er één volle wagen op lossen.
Dankzij twee uitklapbare oprijplaten komen de wagens goed boven de losband. Ze zorgen voor stabiliteit voor de lossende wagens en voorkomen dat door in- en uitrijden diepe sporen ontstaan vóór de overlaadband.
Afbouwen en gereedmaken voor transport gaat vrij eenvoudig. Een kwestie van de zijschotten voorop hydraulisch inklappen en de band helemaal laten zakken. Dit alles kan met de afstandsbediening. Vervolgens de hydrauliekslangen van de hydropomp afkoppelen en deze in een bak op het chassis leggen. Als laatste de rijplaten opklappen. Dankzij de vaste trekhaak tussen de oprijplaten kan de trekker de machine met de hef optillen en vervoeren.
Dit duurt bij elkaar ongeveer 15 minuten. Het is handig als de (trekker)chauffeur die het laatst heeft gelost even meehelpt om alles op te ruimen. Tijdens het transport is het zaak rekening te houden met het feit dat de 12 meter lange machine achter uitzwenkt.
Opbouwen is omgekeerd afbouwen. De overlaadband opstellen onder een hoek van 90 graden ten opzichte van de vrachtwagens is het handigst. Eenmaal opgesteld is hij niet zomaar te verzetten. Bij overladen vanaf het te hakselen perceel moet de hakselaar allereerst een stuk vrij hakselen om ruimte te maken. Met één wagen is dit prima te doen.
Het Lademonster is de eerste machine van Becklönne in Nederland. Ondertussen draaien er in totaal zo’n vijftien in Duitsland, Frankrijk en Engeland. De fabrikant bouwt de machines op bestelling; de levertijd is ongeveer acht maanden. Kanters heeft het importeurschap van de machine voor Nederland.
Lees verder onder de video
Tekst: Victor Brooijmans
Foto‘s: Van Assendelft, Victor Brooijmans
Gerelateerde tags: Overlaadwagen, Transport
