Fiat 211R: de kleine van Fiat
Een artikel ‘uit de oude doos’. In 2016 ging TREKKER langs bij Klaas de Weerd voor een artikel over zijn Fiat 211R. Lees hier alles over zijn oranje oldtimer.
Klaas de Weerd vond dat in zijn Fiat-verzameling één trekker zeker niet mag ontbreken: een FIAT 211R. Wat autoliefhebbers hebben met een Fiat 500 of de opvolger, de 126 Bambino, heb je volgens Klaas de Weerd als trekkerliefhebber met een Fiat 211R. Nóg liever had hij de voorloper in zijn verzameling, de Fiat 18 La Piccola. Het is niet helemaal onmogelijk om die te vinden, maar voor zover ze er zijn, zijn die toch meest in verzamelaarshanden.
Lees verder onder de foto
Vroeger met een 211R gewerkt?
Eigenlijk niet, al is mijn vader destijds wel met zo’n Fiat-trekkertje begonnen. Dat heb ik niet heel bewust meegemaakt. Het is wel altijd Fiat gebleven, ik ben er groot mee geworden en bleef altijd in het merk geïnteresseerd. Ik ben als hobbyboer altijd Fiat blijven rijden zolang ze er waren, nu is het Steyr en New Holland. Het moet wel een beetje uit de familie zijn. Over een Fendt of een John Deere hoeven ze hier niet te komen praten. Niet omdat het niet zou deugen, maar Fiat zit nou eenmaal in het bloed.
Lees verder onder de foto
Wat spreekt je aan in een 211R?
Ben je Fiat-man, dan wil je eigenlijk het liefst een La Piccola in je verzameling. Dat was destijds de kleinste trekker bij Fiat, uit de periode dat de import in Nederland begon. Het zijn trekkertjes die door hun formaat en vormgeving tot de verbeelding spreken. Zoals de Fiat 500 veel autoliefhebbers pretogen bezorgt. Piccola’s vindt je bijna niet, en dan is de 211R een goed alternatief.
Lees verder onder de foto
Is een La Piccola heel anders?
De Fiat 18 La Piccola kwam in 1957 op de markt. Het bleek een heel populair trekkertje. In 1959 was de 211R de opvolger van de La Piccola. In grote lijnen eigenlijk dezelfde trekkers. Als je er niet bekend mee bent, zie je eigenlijk geen verschil. Technisch komt het op hetzelfde neer. Bij La Piccola staan de koplampen in het midden van de trekker. Bij de 211R staan ze voor. Dat is een van de dingen waar je ze op afstand makkelijk aan herkent.
Opgeknapt of zo gekocht?
Technisch was er weinig mee aan de hand. Hij komt uit de Noordoostpolder, en daar is netjes voor de trekker gezorgd. Een urenteller zit er niet op, maar zo heel veel draaiuren zal de trekker niet hebben. Hij is het meest gebruikt om te schoffelen. Er zijn nieuwe banden op gegaan en ik heb de trekker opnieuw laten spuiten. Het zou mooi zijn om er nog een originele maaibalk bij te vinden; daar zijn ze destijds vaak mee geleverd. Als je dat er nieuw bij kocht, dan was dat een Laverda-maaibalk.
Lees verder onder de foto
Verder gewoon een standaard trekker?
Min of meer wel. Wat een beetje apart is aan dit exemplaar, is dat er overhangende spatborden op zitten. De meeste mensen zullen ze kennen met alleen korte spatborden. Maar het grappige bij de 211R is dat die korte spatbordjes er nog onder zitten. De overhangende spatborden zitten daar gewoon overheen gemonteerd.