fbpx
Terug naar nieuwsoverzicht

Slim schoffelen, bemesten en spuiten met uitschuifbare zelfrijder

Een zelfrijdende schoffel om onkruid te wieden in de rij, met de mogelijkheid per plant te bemesten en te spuiten. Dit bijzondere werktuig past naadloos in een doordachte teeltaanpak, gebaseerd op plaatsspecifiek meten en bijsturen. Het apparaat draait bij ijsbergslateler Nouws.

Het in ijsbergsla gespecialiseerde teeltbedrijf Nouws in Schijf (N.-Br.) werkt sinds kort met een cameragestuurde Garford Robocrop Inrow-schoffelmachine, voor de onkruidbestrijding tussen én in de plantrijen. Het apparaat neemt per werkgang een bed met vijf plantrijen mee. Dat gaat met één elektrisch aangedreven schoffelmes per rij dat in een roterende beweging om elke plant draait. Zo legt de machine het onkruid rondom elke plant bloot en/of snijdt het af. Twee camera’s registreren de plek van elke individuele plant voor de aansturing van de schoffelmessen. De ene camera overziet twee plantrijen, de andere drie. Een sideshift met stuurschijven houdt het werktuig op de vereiste koers. Volgens Garford-importeur Homburg is de behaalde precisie 1 centimeter. Dat gaat zonder extra hulp van systemen als gps.

Lees verder onder de foto

Per gewasrij rekenen twee vaste schoffelmessen af met onkruid tussen de rijen. Eén elektrisch aangedreven schoffelmes per rij verwijdert in een roterende beweging om elke plant heen het onkruid bínnen de rijen (tussen de planten).

Per gewasrij rekenen twee vaste schoffelmessen af met onkruid tussen de rijen. Eén elektrisch aangedreven schoffelmes per rij verwijdert in een roterende beweging om elke plant heen het onkruid bínnen de rijen (tussen de planten).

Doorontwikkeld concept

Nouws is met deze Garford niet de eerste teler met een schoffel voor onkruid in de rij. Er draaien soortgelijke machines van merken als Poulsen, Ferrari en Steketee. Wel bijzonder is dat de Garford is opgebouwd op een volledig aangepaste Fendt 380 GTA-werktuigdrager. En daar blijft het niet bij. In aanvulling op de bemestingsapparatuur waarmee Nouws al jaren werkt (zie kader) is op de zelfrijder een bemestingsunit aangebracht om plaatsspecifiek te bemesten. Verder komen er twee rijen spuitdoppen op voor rijenbespuiting. Elke rij doppen aangesloten op een eigen vloeistofcircuit. De ene rij doppen dient voor bespuitingen onder de planten (tegen smet), de andere rij doppen spuit óp de planten tegen bijvoorbeeld rupsen of bladluizen. Anders dan anders, is dat alleen wordt gespoten waar de planten staan. Dus niet op ‘kaal’ land tussen de planten. Deze werkwijze, met dophouders die snel kunnen openen en sluiten, wordt aangeduid als ‘spotspraying’. “Daarmee kunnen we tot 75% middelbesparing halen”, aldus Nouws, “zonder dat dit ten koste gaat van het spuitresultaat.”

Al deze aspecten zijn onderdeel van een doorontwikkeld teeltconcept voor ijsbergsla, gericht op ‘telen in maatwerk’. Nouws heeft al bijna tien jaar ervaring met het plaatsspecifiek en in rijen doseren van meststoffen. Daarmee zijn de productie en kwaliteit van de ijsbergsla gediend, het voorkomt dat het bedrijf meer kosten maakt dan nodig, en het milieu wordt ontzien, motiveert hij. Mechanisch onkruid aanpakken in de rij en plaatsspecifiek gewas beschermen zijn volgende stappen in dat concept.

Lees verder onder de foto

Het plaatsspecifiek bemesten gaat met vijf OptRx-gewassensoren, één per rij. Later komt er ook voor elke rij een eigen hydromotor om het nokkenrad dat kunstmest strooit aan te sturen. Nouws kan dan per rij variabel bemesten, dus: per plant.

Het plaatsspecifiek bemesten gaat met vijf OptRx-gewassensoren, één per rij. Later komt er ook voor elke rij een eigen hydromotor om het nokkenrad dat kunstmest strooit aan te sturen. Nouws kan dan per rij variabel bemesten, dus: per plant.

Uitschuifbare zelfrijder

De zelfrijder dient dus voor het aanpakken van onkruid in de rij, plaatsspecifieke bemesting en plaatsspecifieke gewasbescherming. Mechanisatiebedrijf Nouws (geen familie) in Rijsbergen (N.-Br.) begon afgelopen najaar met de bouw van het apparaat. Er waren twee eisen: het geheel moest compact zijn om de benodigde manoeuvreerruimte op de kopakker te beperken, en de schoffelunit moest achter de voorwielen komen. Frans Nouws: “Dat is het meest nauwkeurig. De schoffel voor of achter op de trekker geeft makkelijk koersafwijkingen.”

De Fendt 380 GTA-werktuigendrager is technisch gezien in nieuwstaat, na een revisie van de motor en de versnellingsbak. En met een cabine die is gestript, gestraald en opnieuw ingericht. De spoorbreedte werd vergroot tot 2,35 meter, passend bij de teeltwijze op bedden. De doorrijhoogte is vergroot door de huizen van de eindaandrijvingen van de achterwielen naar beneden te draaien. In combinatie met cultuurwielen (11.2/54) gaf dat extra ruimte onder de spatborden. Hier komen twee tanks à 350 liter voor de genoemde spotspray-rijenspuiten.

Het voorste deel van de trekker – tot aan de cabine – is opnieuw ontworpen, enerzijds om het rijdend gedeelte zo compact mogelijk te maken, anderzijds om de benodigde inbouwruimte optimaal af te stemmen op de afmetingen van de schoffelunit, de sideshift en de hefmast voor de schoffel. Het resultaat is een telescopisch in- en uitschuifbare brugconstructie tussen de vooras en de cabine. Met ingeschoven brug is de wielbasis (de hartafstand tussen voor- en achterwielen) 2,80 meter. Dat is gunstig voor de wendbaarheid, maar nadelig voor de twee camera’s aan de voorkant van de schoffelbalk. Die moeten enkele meters ‘vooruit kunnen kijken’, op de gewasrijen. Om die zichtruimte voor de camera’s te realiseren, kan de brug over 60 centimeter uitschuiven. De wielbasis wordt dan 3,40 meter.

Lees verder onder de foto

De  telescopisch in- en uitschuifbare brugconstructie tussen de vooras en de cabine, Met ingeschoven brug is de wielbasis (hartafstand voor- en achterwielen) 2,80 meter; met de brug uitgeschoven komt er 60 cm bij.

De telescopisch in- en uitschuifbare brugconstructie tussen de vooras en de cabine, Met ingeschoven brug is de wielbasis (hartafstand voor- en achterwielen) 2,80 meter; met de brug uitgeschoven komt er 60 cm bij.

Meten en aansturen

De variabele meststofdosering per plantrij en de gewasbescherming zijn nog niet operationeel, omdat de zelfrijder zo snel mogelijk bedrijfsklaar moest zijn voor het schoffelwerk. De voorbereidingen zijn al wel getroffen. Voor de plaatsspecifieke bemesting hangen er onder de vooras van de zelfrijder vijf AgLeader OptRx-sensors die per rij de gewasmassa scannen. Dit levert vijf stuursignalen op. De strooibak achter op de zelfrijder heeft één nokkenrad per rij voor de dosering van de kunstmest. Die nokkenraderen worden nu nog aangedreven door een enkele hydromotor. Straks wordt elk nokkenrad voorzien van een eigen aandrijving, met een eigen (plantrijafhankelijk) stuursignaal.

Zoals voor het schoffelen bekend moet zijn waar elke plant in de rij staat, geldt dat ook voor de middeldosering per plant. Voor beide bewerkingen wordt daarom dezelfde camera-informatie gebruikt.

Gerelateerde tags: , ,

Gerelateerde artikelen

Afbeelding artikel

Nature Robots levert veelzijdige veldrobot Lero.03

Veldrobot Lero.03 van het Duitse Nature Robots schakelt dankzij de automatische werktuigenwissel makkelijk over van het ene naar het andere gewas.
Afbeelding artikel

BLOG | Craig Rupp (Sabanto): ‘Kleinere autonome trekkers kostenefficiëntere keuze’

Craig Rupp is ervan overtuigd dat grote trekkers met veel pk’s worden ingehaald door autonomie. "Autonomie maakt nieuwe bedrijfsmodellen mogelijk."
Afbeelding artikel

Test een robot op je eigen bedrijf

NPPL zoekt voor teeltseizoen 2025 boeren en tuinders die veldrobots en robottechnieken willen testen op hun bedrijf.