AbeTrac: Verse visie op de werktuigendrager
Mechanisatiebedrijf Abemec Machines ontwikkelt een eigen multifunctionele werktuigendrager, gebaseerd op Agrifac-componenten. Met een traploos verstelbare spoorbreedte, goed zicht op de fronthef én een bodemvrijheid van 120 centimeter. De AbeTrac – zo gaat-ie heten – springt hiermee in een segment waar niets kant-en-klaar te koop is.
De ontwikkeling van de AbeTrac is ingegeven door een paar factoren. Abemec merkt simpelweg bij zijn klanten dat er vraag is naar zo’n multifunctionele werktuigendrager; vanuit de speciale teelten, met de aspergetelers voorop. De eisen: goed zicht, een verstelbare spoorbreedte en een hoge bodemvrijheid. Anderzijds zijn er oudere, ingeruilde zelfrijdende spuiten waarvoor de afzetmarkt steeds lastiger wordt. Deze machines opnieuw tot waarde brengen in de vorm van een machine waar vraag naar is, zou een win-winsituatie kunnen zijn. Niet alleen dat, in het kader van duurzaam en circulair ondernemen past dat ook binnen het plaatje dat Abemec-directeur Hans Quint voor ogen heeft, naast het importeren en verkopen van machines. “Met de AbeTrac willen we als mechanisatiebedrijf onze éigen innovatiekracht tonen.” Kortom: de klanten krijgen een machine waar ze mee vooruit kunnen, en Abemec creëert een nieuwe markt voor de ingeruilde zelfrijders.
Lees verder onder de foto
Van ZA 3400 tot Condor C01
Het ombouwen en verbouwen van zelfrijders komt bovendien niet helemaal uit de lucht vallen. Abemec is al meerdere jaren op de markt met zijn rebuild-programma. Daarin stript het zelfrijdende Agrifac-veldspuiten volledig in één van de eigen werkplaatsen. Ze worden gereviseerd, voorzien van de nieuwste aansturing en krijgen een verse laklaag. Zo gaan ze weer de markt op voor een tweede leven. Monteurs in de Abemec-vestiging Sevenum kennen deze machines dus al van haver tot gort. Bovendien bieden deze Agrifacs met hun grote bodemvrijheid, vierwielbesturing en spoorbreedteverstelling exact de basis die Abemec zoekt voor de AbeTrac. Om precies te zijn, Abemec gebruikt de modellen ZA 3400 tot Condor C01. Dit zijn types van de bouwjaren 2000 tot 2012 die allemaal dezelfde bouwwijze hebben. Zodoende zijn ze ook op dezelfde manier in serie om te bouwen volgens één en hetzelfde plan.
Lees verder onder de foto
Cabine naar het midden
Verkoopleider John van Spijk: “We gebruiken het pendelchassis, de wielmotoren, de luchtvering, en heel de aandrijflijn inclusief motor en pompen. De cabine gebruiken we ook, maar die komt op een andere plaats te staan.” De spuitboom, pompen en tank worden uiteraard niet opnieuw gebruikt. De zelfrijdende spuit krijgt na de ombouw de functie van werktuigendrager. Om dit mogelijk te maken zijn een fronthef en achterhef nodig. Die zijn aan het bestaande chassis niet op te bouwen. Abemec heeft daarom samen met HVL een compleet nieuw frame ontworpen, inclusief geïntegreerde fronthef en achterhef.
De achterhef kan op normale hoogte een machine van de grond aanpikken, maar kan deze ook dusdanig hoog heffen dat hij de bodemvrijheid niet beperkt. De hef is daarnaast verstelbaar, om eventueel nóg hoger te kunnen. Hij is voorzien van een pendeling om een schoffelmachine bodemvolgend te laten werken.
De cabine verschuift om twee redenen naar het midden van het voertuig. Het maakt de Trac een stuk korter en compacter. Bij een korte kopakker zit de cabine niet in de weg bij het uitdraaien van de rijen. En bovenal: de cabine in het midden geeft meer zicht. Het ontwerp is gericht op vrij zicht naar beneden richting de fronthef.
Lees verder onder de foto
Er moet eerst iets stáán
Achter de cabine krijgen de motor en de pompen hun nieuwe plek. Dan resteert nog ruimte voor een opbouwmogelijkheid. Daartoe komen er vier K50-kogels op het frame, waarop verschillende opbouwmogelijkheden denkbaar zijn. Van Spijk: “Al het goede van het basisframe blijft verder intact: de luchtvering, de spoorbreedteverstelling, dat blijft zoals het moet zijn.”
In samenspraak met klanten, monteurs en een metaalbewerker kregen de plannen de laatste maanden serieus vorm. Van Spijk: “We zijn met twee klanten concreet bezig, en er is bredere belangstelling. Nog zonder dat we het zelf breed naar buiten hebben gebracht. Klanten staan er positief in. De vraag is ontstaan vanuit aspergetelers. Zij vragen bodemvrijheid, spoorbreedteverstelling en een mooi compact voertuig met goed zicht. We zien allerlei ombouwprojecten waar wij een veel mooier voertuig voor kunnen bouwen. Klanten zijn positief, maar niemand gaat er natuurlijk eentje zó bestellen. Dan moet er eerst iets staan.”
Ook voor bio: 3 meter spoorbreedte
Voor Abemec reden om serieus door te pakken. Voor eigen rekening en risico zijn de eerste twee Tracs op dit moment in aanbouw. Er komen twee verschillende uitvoeringen, eentje met de standaard spoorbreedte van 1,50 tot 2,25 meter. De tweede krijgt een spoorverstelling van 2,25 tot 3,00 meter. Van Spijk: “Om ook een machine te hebben voor de biologische akkerbouwers en andere beddenteelten.”
Abemec stript de gebruikte Agrifacs in de eigen werkplaats en maakt de te hergebruiken delen klaar. Het tekenen en bouwen van het nieuwe chassis liet het mechanisatiebedrijf over aan HVL projects in Liessel, een metaalbewerkingsbedrijf met een eigen engineeringsafdeling. Thijs Kuijpers van HVL legt uit: “Abemec is sterk in de besturing, de aandrijftechniek, en het heeft kennis van de markt en de eindgebruikers. Wij hebben kennis van het constructiewerk, het lassen en het ontwerpen. Zo vullen we elkaar aan.” HVL bouwt het nieuwe frame samen met de aangeleverde delen in huis opnieuw op. Als rollend casco komt dat straks weer terug naar de Abemec-werkplaats in Sevenum.
Lees verder onder de foto
Afbouwen is maatwerk
In eigen huis bouwt Abemec dan de gehele hydrauliek, aansturing en bediening opnieuw op. In de cabine komt een nieuw display. Daarmee is de Trac meer als een trekker te bedienen. Zo krijgen de hefinrichtingen een elektronische bediening met positieregeling. Ook komen er zes hydrauliekventielen met uitgebreide instelmogelijkheden, zoals je die op een Trac mag verwachten. Alles om het geheel zo compleet en multifunctioneel mogelijk te maken. Gps of extra hydrauliek behoort tot de mogelijkheden, alles afhankelijk van de wensen van de klant. De Trac is echt gebouwd voor verplegingswerk: bloembollen koppen, schoffelen, folie van bedden oprollen, kunstmest strooien, spuiten met een kappenspuit en opbouwtank. Het multifunctionele is het belangrijkst.
De insteek is om de AbeTrac straks met een nieuwe CE-keuring af te gaan leveren. Verlichting, remmen, bumpers – straks voldoet de AbeTrac aan alle richtlijnen om in aanmerking te komen voor een kenteken. In het kader van duurzaamheid is er volgens Abemec ook een bank in de markt die de AbeTrac zou willen financieren. De aanschafprijs zit in de orde van grootte van € 150.000. Abemec wil de basis dit jaar hebben staan en de eerste machines begin 2021 afbouwen.
Gerelateerde tags: Ombouw, Revisie, Werktuigendrager