Mag het een motortje meer zijn?
Iedereen die wel eens bij een tractorpullingwedstrijd was, heeft het zich vast afgevraagd. Waarom hebben sommige trekkers vijf motoren en anderen maar twee? Ze rijden immers in dezelfde klasse. Wij brengen helderheid in deze ongelijk lijkende strijd, en praten je bij over de zogeheten ‘limieten’ van de Light Modified-, Modified- en Unlimited-klasse.
Trekkers die in de Modified- en Unlimited-klasse rijden (de voormalige vrije klassen), mogen meerdere motoren hebben. Bij ‘vrije klasse’ en ‘Unlimited’ denk je al snel dat echt alles is geoorloofd. Toch is dat niet helemaal zo.
Om de trekkers in toom te houden zijn gewichtsklassen in het leven geroepen. Dit beperkt het aantal motoren, en daarnaast zorgt het er ook voor dat het opgewekte vermogen goed op de baan is over te brengen. Gewicht bepaalt immers voor een groot deel in welke mate de trekker zijn vermogen op de baan kwijt kan. Toch bleek enkel de indeling in gewichtsklassen niet voldoende om voor voldoende tempering te zorgen. De vermogens van de motoren zijn de afgelopen decennia enorm gegroeid. Hiervoor zijn de zogeheten limieten bedacht. Kortweg gezegd: een motor krijgt afhankelijk van zijn inhoud, type cilinderkop, type blower of turbo en het soort brandstof waarop hij draait, een aantal punten. Dit aantal, vermenigvuldigd met het aantal motoren op de trekker, geeft een puntentotaal. En dit totaal moet beneden het aantal liggen dat is vastgesteld voor de klasse.
Lees verder onder de foto
Acht klassen
Trekkers in de Light Modified-klasse (2.500 kilo) mogen maximaal 60 punten hebben, bij de Modifieds (3.500 kilo) maximaal 85 punten, en bij de Unlimiteds (4.000 kilo) maximaal 105 punten. Blijf je daar (ruim) onder, dan is er een gewichtscompensatie voor de Light Modifieds en de Modifieds. Concreet: hebben de motoren 42 punten of minder, dan mag je 200 kilo gewicht bijhangen bij de light Modifieds. Hetzelfde geldt voor de Modifieds als je minder dan 59 punten hebt.
Waar is het aantal punten dan op gebaseerd? Wel, het aantal punten vermenigvuldigd met honderd geeft een indicatie van het vermogen dat de motor in die configuratie levert. Voorbeeld: heeft een motor 18 punten, dan wordt het vermogen geschat op 1.800 pk. De grote verscheidenheid aan motoren zorgt ervoor dat er binnen de NTTO (Nederlandse Truck- en Tractorpullingorganisatie) dertien klassen zijn: A tot en M.
Drukvulling en brandstof
Vrijwel elke tractorpuller voorziet zijn motor van extra lucht. Zogeheten ongeblazen motoren (zonder drukvulling) vind je dan ook bijna niet meer. Dat extra lucht (en daardoor ook meer brandstof) een groot verschil maakt, blijkt wel uit de punten. De meest standaardmatige V8-motor heeft 8 punten. Binnen dezelfde klasse loopt dit op naar 26 punten. Ofwel, het vermogen groeit van 800 naar 2.600 pk! Ook het soort brandstof maakt uiteraard verschil.
Lees verder onder de foto
Grofweg vind je in de sport twee types voor de drukvulling: turbo’s en blowers. Een turbo wordt aangedreven door de uitlaatgassen. Dit kost geen of nauwelijks vermogen. Een blower (de echte naam is overigens Roots Blower) wordt mechanisch aangedreven door een tandriem. Dit kost wel vermogen, maar levert vervolgens ook weer het drie- tot viervoudige op.
Naast het type blower is ook de zogeheten overdrive van invloed op het vermogen, en dus het aantal punten. De overdrive geeft het verschil aan tussen het toerental van de krukas en het toerental van de blower. Maakt de blower meer toeren, dan geeft ie doorgaans meer lucht. Een overdrive van 30% wil daarmee zeggen dat de blower 30% harder draait dan de krukas.
Lees verder onder de foto
Cilinderkop
De constructie en vorm van de cilinderkop bepalen voor een groot deel hoe efficiënt het mengsel ontbrandt. Grofweg zijn er twee type koppen. Wedge-style (ook wel Chevey-style genoemd), en Hemi-style. Wat is een Hemi? Hemi is de afkorting van hemisferisch, bolvormig. De cilinderkop is dus aan de binnenzijde bolvormig. Het Amerikaanse Chrysler paste dit type koppen voor het eerst toe in de jaren vijftig. De bolle cilinderkop in combinatie met een eveneens bolle zuiger zorgt voor meer druk en warmte in de verbrandingsruimte. En die hogere temperatuur zorgt voor een betere verbranding en meer vermogen. Bij dit type koppen zit de bougie recht boven de zuiger.
Toch heeft de Hemi-motor ook nadelen. De vorm van de cilinderkop maakt het onmogelijk om meer dan twee kleppen per cilinder te plaatsen. Daarnaast neemt de kop relatief veel ruimte in beslag. In kleinere (lees: normale) auto’s wordt dit type kop daarom niet meer gebruikt.
Bij de Wedge-style kop is de ruimte dakvormig. Bij dit type kop is het wel mogelijk om vier kleinere in- en uitlaatkleppen te plaatsen. En ook dit is gunstig voor de drukvulling van de motor. Hier gaat eveneens weinig warmte verloren.
In de Amerikaans dragracesport vind je vooral veel Hemi’s. Er zit dan ook veel ontwikkeling in, en de onderblokken zijn bijzonder sterk. Vaak zijn ze uit een blok aluminium gefreesd. Zet je een Hemi-kop op een onderblok dat daar niet geschikt voor is, dan levert het al snel schade op.
Lees verder onder de foto
Klasse A, B en C: de V8-motoren
De indeling begint met de V8-motoren. Die zijn er in hoofdlijnen met twee type koppen, Wedge- en Hemi-style. De V8’s met Wedge-style kop zitten in klasse A en B. In klasse A mag je alleen cilinderkoppen gebruiken met een origineel boutpatroon van het inlaatspruitstuk. Voor klasse B geldt dat niet. Een V8-motor met natuurlijke aanzuiging krijgt in deze klasse 8 punten. Afhankelijk van het type blower dat je monteert en de overdrive die je hem geeft, heeft zo’n motor tot 26 punten. Dit geeft een indicatief vermogen aan van 2.600 pk. Worden op een trekker alleen V8-motoren met natuurlijke aanzuiging gebruikt, dan is het aantal motoren ongelimiteerd.
V8-motoren met een hemisferische cilinderkop vallen in klasse C. Zo’n motor krijgt met natuurlijke aanzuiging 12 punten. Met een grote 14-71 blower en een ongelimiteerde overdrive heeft de motor 35 punten. Van dit soort racemotoren mag je er in de Light Modifieds maximaal twee hebben, in de Modifieds drie.
D en E, opgevoerde trekkermotoren
Bij deze klassen gaat het om zuigermotoren die niet afstammen van een automotor. Ze mogen een maximale inhoud hebben van 510 cubic inch (8.363 cc) en maximaal acht cilinders. In klasse D (en klasse E) vind je veel opgevoerde trekkermotoren. Turbo’s zorgen doorgaans voor de drukvulling. Met natuurlijke aanzuiging heeft dit type 15 punten. Een volledig getunede versie op alcohol krijgt 27 punten. De Cummins-motoren op The Matrix (zie TREKKER 374) vallen bijvoorbeeld in deze klasse.
In klasse E zitten de zuigermotoren met maximaal 650 cubic inch (10.650 cc) en maximaal acht cilinders. Met natuurlijke aanzuiging heeft zo’n motor 12 punten. Een getunede versie op alcohol heeft er 36. Bits ’n Pieces rijdt met twee motoren uit deze klasse in de Modified- en Unlimited-klassen. De John Deere-krachtbronnen hebben elk drie turbo’s en draaien op methanol.
Klasse F en G
De zuigermotoren in klasse F mogen maximaal 1.050 cubic inch (17.200 cc) groot zijn en maximaal twaalf cilinders hebben. De punten lopen op van 16 naar 42. Onder andere de DAF 1260 (12.600cc) van het Mad Max-team uit de Light Modified van de Nationals (de voormalige B-divisie) valt in deze klasse.
De motoren in klasse G mogen eveneens twaalf cilinders hebben, en zelfs 1.500 cubic inch (24.570 cc) groot zijn. Met natuurlijke aanzuiging 20 punten. Een getunede versie op alcohol heeft er 26. In de Nederlandse competitie rijden geen teams met zo’n motor.
Klasse H, I, J en K: de zware jongens
Bij klasse H, I, J en K gaat het om zuigermotoren met een grote cilinderinhoud, geproduceerd voor 1955. Dit zijn vooral de oude vliegtuig- en tankmotoren uit de Tweede Wereldoorlog. Klasse H gaat tot 1.675 cubic inch (27.448 cc). De Rolls-Royce MerIin en de Rover Meteor vallen hierin. Met natuurlijke aanzuiging heeft zo’n motor 9 punten. Draait-ie op methanol en zit er drukvulling op, dan loopt het op naar 27 punten.
In klasse I zitten de motoren tot 1.800 cubic inch (29.314 cc), bijvoorbeeld een Rolls Royce Allison. Hiermee is het Duitse Green Monster-team bijzonder succesvol. Punten in deze klasse lopen op van 11 voor een standaardversie naar 35 voor een motor die op methanol draait. Motoren tot 2.500 cubic inch (40.963 cc) vallen in klasse J. De onder techneuten en publiek populaire Rolls Royce Griffon valt hierin. De punten lopen van 17 tot 38. Motoren boven de 2.500 cubic inch (40.963 cc) inhoud vallen in klasse K. Deze loopt van 20 tot 65 punten. Door het gewicht van deze grote motoren is het totaalgewicht al snel de beperkende factor.
Klasse L
In klasse L zitten de turbinemotoren. In deze klasse varieert het puntenaantal van 13 tot 50 punten. De Nederlandse teams in de Modified- en Unlimited-klassen rijden allemaal met de Isotov TV3-turbines. Dit type levert 26 punten op. Russian Roulette rijdt in de Light Modified-klasse met twee van deze motoren. Dit zorgt voor een totaal van 54 punten. Daarmee blijft hij onder de toegestane 60 punten in deze klasse. Ook Whispering Giant past ze toe. In de Modified-klasse drie, en bij de Unlimiteds vier stuks van dit type krachtbron. Hiermee blijven ze onder de maximale 105 punten voor deze klasse.
Lees verder onder de foto
Waar kies je voor?
Een maximaal (of een zo hoog mogelijk) puntenaantal voor de motoren geeft natuurlijk nog geen garantie op de beste runs. Het vermogen hebben is één, het op de baan kunnen overbrengen is en blijft de kunst. Daarvoor is de balans van de trekker erg belangrijk, de banden, en ook de rijder kan het verschil maken. Bij veel teams speelt er bij de keus voor een motor een groot stuk gevoel en emotie. Techneuten die de V12- of turbinemotor omarmd hebben, zie je niet zo snel overstappen op een ander type motor. Ook het budget speelt een rol. Een Hemi-motor is een prachtig stuk techniek, maar ook bijzonder kostbaar.
Het verschil in techniek levert de toeschouwer in ieder geval een mooi gevarieerd beeld op.
Gerelateerde tags: Tractorpulling