Het erf van biologische melkveehouder Johan Franken in Hulshorst (Gld.) kleurt blauw van de Eicher-trekkers. Zijn meest gebruikte voertuig is echter geen trekker, maar een rode Schäffer 3550-minshovel. - Foto’s: Michel Velderman
Johan Franken is liefhebber van Eicher-trekkers. Als hobby, maar de biologische melkveehouder mag er ook nog graag mee werken. Als hij zijn trekkers uitstalt, kleurt het behoorlijk blauw op het erf: Eicher-blauw.
Johan Franken is biologisch melkveehouder in het Gelderse Hulshorst. Johans carrière heeft een wat ongewoon verloop, want hij is pas op 45-jarige leeftijd is hij begonnen met boeren. Hij heeft wel een landbouwopleiding gevolgd en had al vaak bij een neef van zijn vader koeien gemolken. Toen die er zo’n 35 jaar geleden mee stopte, kocht Franken de tweecilinder Eicher Panther waar ze in die tijd mee naar de wei reden. Er kwam al snel nog een eencilinder bij, daarna een werktuigendrager. Toen was het hek eigenlijk al een beetje van de dam, vertelt hij.
Lees verder onder de foto’s; bekijk nog meer foto’s onderaan dit artikel
Dit is het Eicher-blauwe erf van melkveehouder Johan Franken, met één rode machine. Van links naar rechts: 1. Eicher 3145, 2024; 2. Kubota, 2020; 3. Eicher Wotan I, 1968; 4. Eicher 3105, 1978; 5. Eicher 485, 201; 6. Eicher 3011 (Mammut), 1969; 7. Eicher Unisuper, 1966; 8. Eicher Mammut II 3551S, 1971; 9. Eicher 3712, 1974; 10. John Deere 6100 MC, 2014; 11. Eicher 3048, 1982; 12. Eicher 3080 Turbo, 1989; 13. Eicher 4072, 1982; 14. Schäffer 3550-minishovel, 2020.
Van hobbyboer naar melkveehouder
Van hobbyboer werd Franken in 2013 melkveehouder. De liefhebberij voor Eicher bleef. Inmiddels heeft hij een verzameling Eicher-trekkers, inclusief een Eicher-vrachtwagen en enkele tientallen Eicher-werktuigen.
Voor het dagelijkse werk op de boerderij heeft hij er zo’n stuk of acht, negen regelmatig in gebruik. De een staat voor de mestmixer, de andere iedere twee weken voor de mestpomp. “Dan blijft de motor goed los”, grapt Franken, die er plezier in heeft om met de blauwe trekkers te werken.
Johan Franken was timmerman en had 21 jaar een bedrijf in dakkapellen. In 2013 koos hij voor het boerenvak op de boerderij waar hij was geboren. Hij melkt als biologische boer zo’n 75 koeien. Hij geniet er iedere dag van, hoewel één ding hem tegenviel: in de bouw had hij veel met regels en vergunningen te maken, maar in de landbouw is dat nog een tandje gekker. Zijn bedrijf zit heel royaal in de grond, maar zal ook mest moeten afvoeren. “Ga ik niet aan beginnen”, stelt Johan, “dat wordt dan een paar koeien minder melken”.
Bijzondere rode Eicher 485
De zescilinder Wotan I is een fijne trekker om land mee te rollen, weet de biologische melkveehouder. Zo is er bij iedere trekker wel een verhaal.
Een bijzonder exemplaar is de rode Eicher 485 uit 2010. Gemaakt in India. Want hoewel Eicher in Europa sinds 2003 niet meer in productie is, worden ze in India nog steeds gefabriceerd. Liefhebbers in Europa maken inmiddels ook dankbaar gebruik van onderdelen uit India om de Eichers, die allemaal minstens 35 jaar oud zijn, aan de praat te houden. En die onderdelen zijn goed, weet ook Johan. De 45 pk sterke 485 staat voor de blokkendoseerwagen en rijdt iedere dag. Een ‘verrekte fel trekkertje’ dat eigenlijk meer presteert dan je van die 45 pk’s zou verwachten.
Verrekte handig en pittig trekkertje, de Eicher 485 uit 2010. Franken gebruikt de trekker dagelijks voor de voerdoseerwagen.
Ook andere trekkermerken
Hoewel het bij Franken blauw ziet van de Eichers, is hij geen merkengekwat betreft trekkers voor het grotere werk op zijn bedrijf. Een 2wd John Deere 5085 M van 2015 staat voor de verticaalmenger. Voor dat werk ook een erg handige trekker die prima bevalt. Een groen-gele John Deere 6100 MC uit 2014 rijdt voor zomerstalvoedering met een Stolpen-opraapwagen. Vier jaar geleden kocht Johan voor het maaien, harken en het wat zwaardere werk een nieuwe Kubota M7153.
Zijn meest gebruikte voertuig is geen trekker, maar een Schäffer 3550-kniklader. Als er een trekker uitvalt, is dat niet zo’n punt. Maar als de kniklader het zou laten afweten, is dat een probleem, vertelt Johan. “Want die kun je geen dag missen. Schuiven, scheppen, stro instrooien, dat soort werk.”
Het meest gebruikte voertuig op het erf van Franken is geen trekker, maar deze Schäffer 3550-kniklader. Hij kan ‘m naar eigen zeggen geen dag missen.
Een splinternieuwe Eicher 3145?
Dan zien we nog een splinternieuwe Eicher 3145; hoe zit dat? “Als ik een nieuwe trekker koop, kan het merk me eigenlijk niet zoveel schelen”, benadrukt Johan nogmaals. Er bleek een mooie, gebruikte Massey Ferguson 6S145 te koop te staan die hem wel wat leek, maar de trekker was inmiddels verkocht. Het bracht hem wel op een idee.
Eicher produceerde in de periode 1970-1984 zo’n 12.000 Eichers die feitelijk Massey Fergusons waren met een Eicher-motor. Of soms volledig Massey Ferguson, met ander plaatwerk en een andere cabine. Het omgekeerde is ook gebeurd. Volbloed Eichers zijn als Massey Ferguson verkocht. Had de samenwerking/overname van Eicher door Massey Ferguson standgehouden, dan zou de MF 6S145 de nieuwe Eicher 3145 zijn geweest! Dat was destijds bij Eicher het zwaarste type, en vergelijkbaar met de 6S145 stond hij ook voor 145 pk genoteerd.
Franken werd het eens met Massey Ferguson-dealer Veldman in Mariënheem (Ov.). Die zorgde ervoor dat de trekker er is komen uit te zien zoals dat had kúnnen zijn als Massey Ferguson de merknaam Eicher had aangehouden. Daarom is hij dus in het bezit van een splinternieuwe Eicher 3145.
De 3145 was bij Eicher met 145 pk in 1982 de zwaarste trekker. En achteraf gezien ook de zwaarste trekker die de fabrikant heeft gebouwd. Ruim veertig jaar later had dit de nieuwe 3145 kunnen zijn.
Hooibouwwerktuigen allemaal van Kuhn
Al is Franken naar eigen zeggen niet zo merkentrouw, voor werktuigen maakt hij een uitzondering. Zijn werktuigen voor de hooibouw zijn allemaal van Kuhn. Daarover bestaat bij Franken geen discussie.
In de kapschuur staat ook een 13-tons tandemas-kipper van Kuhn. Een beetje een grap, want het is een Peecon die gebruikt is gekocht. De binnenkant van de bak was aan een nieuwe coating toe, en eigenlijk kon de hele wagen wel een verfje gebruiken. Daar is toen de kleur van Kuhn op gegaan. En met originele Kuhn-stickers op de bak toont dat als iets dat had kunnen zijn – net als de Eicher 3145.
Geen trekker, maar wel origineel Eicher, een Transexpress-vrachtwagen. Kwam in 1966 op de markt en is vanaf 1968 bij Eicher ook gebouwd voor Magirus-Deutz. Voorzien van een 75 pk Deutz-motor leverde Eicher er 25.000 stuks af.
Mammut 3011 van 1969 met Eicher-mestwagen. 62 pk. Daarvan zijn er 247 gemaakt. Als 3012 (4wd) zijn er in twee jaar tijd 220 stuks gebouwd.
Eicher is synoniem voor smalspoortrekkers: de 3712 van 1974 staat bij Franken vrijwel permanent voor de Kemp-aanschuifband.
De Eicher 4072 met 11.000 uur op de teller staat voor de mestmixer. Onderhuids een volledige Massey Ferguson (285). Daarvan zijn er van 1978 tot 1982 350 gemaakt. Plus nog 360 met een ZF-voorwielaandrijving.
In de periode 1989-1991 deed Eicher een poging om in zwaardere trekkers actief te blijven door een samenwerking met de SLH-groep: blauw gespoten Hürlimanns. Verdeeld over meerdere typen zouden er totaal zo’n 35 zijn geleverd. Zeker in 2wd behoorlijk zeldzaam.
