De Oostenrijkse machinefabrikant Pöttinger voegt een nieuwe opraapwagenlijn aan zijn gamma toe. Trekker neemt een kijkje bij de nieuwe Jumbo 8000-serie. De opraapwagens bevatten een aantal bijzondere details, waaronder 25 millimeter snijlengte, slimme voorwand en elektrische wielbesturing.
In Ruurlo (Gld.) rijdt TREKKER als eerste vakmedium met opraapwagen Pöttinger Jumbo 8450 met 45 kuub inhoud. De 8000-serie heeft een inhoud variërend van 38 tot 53 kuub. Het onderstel is leverbaar als tandem of als drie-asser. Zowel de tandem als de tridem kun je uitvoeren met 26,5 inch of 30,5 inch wielen. De wagen lijkt identiek aan de Jumbo 7000-serie die vorig jaar is gepresenteerd. En dat klopt ook; de 8000-serie deelt veel eigenschappen met de kleinere 7000-serie.
Tekst gaat verder onder de foto
Opraapwagen Pöttinger Jumbo 8000 lijkt qua uiterlijk veel op de 7000-serie. De snijrotor maakt de 8000-serie uniek. Die heeft meer smallere tanden met maximaal 65 messen. De messen staan op één rij en houden 25 millimeter ruimte over voor de rotortanden.
Het grootste verschil met de andere opraapwagens van Pöttinger, én van de concurrentie, is de nieuwe snijrotor. Uniek, want deze weet het gras tot 25 millimeter te verkorten. De fabrikant doet dit met 65 messen op één rij. De messen hebben daarmee een ruimte van 25 millimeter tussen elkaar. De invoerrotor is om die reden ook aangepast, met smallere invoertanden. Die tanden moeten immers tussen de messen door.
Met de 65 messen snijdt de wagen zo’n 30% korter dan de Jumbo 7000-opraapwagen. Die heeft 48 messen en een theoretische snijlengte van 34 millimeter.
Om de beloften van de fabrikant te ervaren, stappen we in de 300 pk sterke trekker en rapen wat ruggen gras op. Dan springen we in de laadruimte van de wagen om het product te inspecteren. Een hand van het geladen gras bevestigt het verhaal van de fabrikant: het is echt korter gesneden dan we gewend zijn. Dat maakt de wagen op het gebied van snijlengte toch concurrerend met een hakselaar.
We lopen rond de wagen en het valt op dat de stuurstang ontbreekt. Toch stuurt de wagen wel mee in de bochten. Wat blijkt: de opraapwagen dient als prototype voor een nieuw elektrisch stuursysteem van Pöttinger. Een ingebouwde gyroscoopsensor detecteert dat de wagen gaat draaien. Daarbij zijn er sensoren in de wielnaven die de omwenteling van de wielen meten. Ga je een bocht in, dan gaat het wiel dat de buitenbocht maakt sneller draaien. Dat bepaalt samen met de gyroscoopsensor hoeveel de wielen moeten sturen.
Bij het draaien op de weg merken we dat de wagen goed volgt, maar dat je niet te veel moet stoppen om te controleren of je de bocht wel haalt. De besturing lijkt iets terug te gaan wanneer je stopt. Volgens Pöttinger-importeur Duport komt dat omdat de wagen nog in prototypefase verkeert. Dit moet nog worden afgesteld. Voor nu is die afstelling prima: de krappe dammetjes lijken op het eerste oog niet haalbaar, maar de kar volgt prima en stuurt goed achteraan.
Tekst gaat verder onder de foto; bekijk meer foto’s onderaan het artikel
Onder de dissel missen we de stuurstang. Toch stuurt de wagen wel. Dat komt omdat deze machine is uitgerust met elektronische wielbesturing.
Pöttinger kiest ervoor om een aftakas zonder slipkoppeling te gebruiken voor de krachtoverbrenging tussen trekker en wagen. Achter de aftakas zit geen haakse overbrenging, maar een grote brede riem. Deze zogenoemde powerband brengt het vermogen naar de rechterkant van de wagen. Pas daar is een slipkoppeling te vinden, die boven 3500 Nm uitslaat. Ter indicatie: de Jumbo 7000 heeft een slipkoppeling met maximaal 3000 Nm belasting.
De slipkoppeling zit voor een vertragingskast. Die tandwielbak brengt het hoge toerental terug om de rotor en de doseerwalsen aan te drijven. De fabrikant kiest er bewust voor om het eerste deel van de aandrijving op een hoog toerental te houden. De bouw van de aandrijflijn kan daardoor lichter, maar brengt wel het vermogen over. Daarbij is er minder verlies door het ontbreken van twee haakse overbrengingen in de lijn.
De powerband wordt hydraulisch gespannen tot maximaal 90% van de totale spankracht. Schiet er een prop in en slaat de rotor vast, dan kun je die er met de laatste 10% extra doorheen duwen. De spanner is dan handmatig te bedienen, zodat je deze meteen met opstarten al op druk kunt zetten. Ook tijdens het lossen met doseerwalsen hoef je de bodemketting niet meer terug te draaien, om de druk op de walsen te verminderen.
Bij het lossen ontspant de powerband, waarna je met het volledige toerental de band aanspant. Zo breng je geleidelijk het vermogen over op de loswalsen. De powerband is net als bij een hakselaar dusdanig zwaar, dat het tegen dit tijdelijke slippen kan.
Om de wagen zonder veel inspanning stampvol te krijgen, heeft de opraapwagen een automatisch laadprogramma. De Powercontrol-terminal meet met drie sensoren hoeveel gras er in de kar komt. Een sensor op het persschot boven op de voorwand, een meetpen aan de voorkant van de voorwand en een druksensor op de powerband.
In de terminal kun je met drie instelbare snel-keuzemenu’s kiezen welke sensoren je gebruikt. Worden één of meerdere sensors actief, dan draait de bodemketting naar achter, en duwt de voorwand mee. Vervolgens komt de wand terug naar voren om een nieuwe lading ervoor te laden. Zo krijg je de wagen tot achterin vierkant vol.
Om voorop de ruimte te benutten, gaat de voorwand tijdens het laden van het laatste gras in etappes naar voren. Zo behoud je druk op het gras boven de rotor en is ook de voorkant stampvol met gras. Tijdens het lossen duwt de voorwand het gras mee naar buiten, voor een kortere lostijd.
Onder de rotor werkt een 2,30 meter brede pick-up het gras naar binnen. Bijzonderheden zijn de onafhankelijk opgehangen constructie en de hydraulische aandrijving van de tanden. De opraper kan in zijn geheel 15 centimeter vrij pendelen, gemeten op de hoeken. Door scharnierende lamellen op de bodem voor de rotor, verliest de wagen geen gras.
De pick-up bestaat uit een curvebaan die met zeven rijen tanden het gras opschept. De tanden zijn hydraulisch aangedreven. Bijzonder: de draaisnelheid van de tanden is afhankelijk van de rijsnelheid. Bij een lage snelheid, zoals het maken van een bocht, draait de pick-up met 75 t/min. Zo gooi je het gras niet onnodig vooruit. Rijd je 15 km/u of harder, dan draait de opraper maximaal met 125 t/min. Dit alles gebeurt volledig automatisch, maar is uit te schakelen in de terminal.
Heb je een beetje gevoel bij het rijden met een opraapwagen, dan rijd je zo weg met de combinatie. De bediening is eenvoudig en compact, zodat je het met één hand kan bedienen. De belangrijkste besturingsfuncties zitten binnen het bereik van je duim. Wel adviseert de fabrikant om minimaal 230 pk voor de wagen te zetten, in verband met de hogere vermogensbehoefte. De wagen is geschikt voor vermogens tot 500 pk.
De kleinste Jumbo 8380 op tandemonderstel met 38 kuub inhoud is verkrijgbaar vanaf bruto € 188.181. De grootste Jumbo 8540-opraapwagen met drie-assig onderstel staat in de catalogus voor bruto € 239.075. De wagens zijn vanaf 2023 leverbaar.
Auteur: Jacco van Erkelens
Ben je op zoek naar een gebruikte Pöttinger Jumbo? Neem een kijkje op Traktorpool.nl
Gerelateerde tags: Opraapwagen, Weidebouwmachines
Beheer
WP Admin
Bewerk bericht